De Stichting Wakker Dier heeft onlangs het rapport Het welzijn van vis (104 p.) uitgebracht. Het rapport is volledig gefocust op het welzijn van de vissen in de visserijsector, met name in de zeevisserij en de viskwekerij. Het is een schokkend rapport dat het beeld oproept van een onaantastbare, dieronvriendelijke bedrijfstak die met steun van de overheid de zeeën leegvist en een nieuwe dieronvriendelijke visindustrie in de viskwekerijen aan het opzetten is.

welzijn van vissen
Vismarkt | Foto: Angelique Lagarde/PiepVandaag.nl

De kern van het rapport vormen de twee hoofdstukken over de zeevisserij (p. 26-44) en de viskweek (p. 45-73). Hierin wordt in detail beschreven wat de vissen allemaal voor ellende moeten ondergaan totdat ze dood zijn. Een belangrijke bron vormen de publicaties van de EFSA, de European Food Safety Authority, een onafhankelijke wetenschappelijke instelling die de Europese Commissie adviseert. Voor Nederland verwijst het rapport vaak naar de kritische rapporten van de Raad voor Dierenaangelegenheden.

Het rapport gaat eerst in op de vraag of vissen pijn, angst en stress kunnen ervaren (p.18-25). Uit de recente wetenschappelijke literatuur hierover kan geen andere conclusie getrokken worden dan dat vissen inderdaad in staat zijn om pijn, angst en stress te ervaren. Dit zou er in een beschaafde samenleving toe moeten leiden dat overheid en vissector er alles aan doen om het welzijn van de vissen te verbeteren, maar dat is helaas niet het geval.

In de visserijsector wordt onbarmhartig hard met de vissen omgegaan, er zijn geen regels die de vissen ook maar enigszins hiertegen beschermen. In de zeevisserij raken de vissen in reusachtige netten ernstig gewond, hun zwemblazen knappen, ze worden levend opengesneden en van hun ingewanden ontdaan, waarna ze nog lang kunnen blijven ‘leven’, of ze worden levend ingevroren, wat ook een pijnlijke zaak is. Veel vissen laat men eenvoudig stikken, een pijnlijk proces dat urenlang kan duren. De miljoenen dieren die als bijvangst worden gevangen en teruggegooid, overleven dit voor een groot deel niet.

Het hoofdstuk over de viskweek laat zien dat het leven van de kweekvis van begin tot eind één grote kwelling is. De vissen worden in veel te grote dichtheden gekweekt wat leidt tot onderlinge agressiviteit, verwondingen, stress, vervuiling, ziektes, oogaandoeningen en misvormingen. Adequate regelgeving voor de huisvesting en verzorging van deze vissen ten behoeve van een acceptabele mate van welzijn ontbreekt.

Het rapport gaat ook in op de vraag waarom er aan al die enorme misstanden in de visserijsector niet allang door regelgeving paal en perk is gesteld. Het antwoord moet gezocht worden in de enorme invloed van de visserijsector op de politiek, die ervoor zorgt dat de visserij al decennialang uit de wind wordt gehouden door het achterwege laten van onderzoek en regelgeving voor het welzijn van vissen en door financiële steun van de overheid (vermindering belasting op brandstof; financiële steun voor de sloop van oude vissersschepen en de bouw van nieuwe; talrijke subsidies voor allerlei vernieuwingen in de bedrijfsvoering).

In de Europese Unie moeten krachtens het Verdrag van Lissabon (2008) dieren als wezens met bewustzijn en gevoel (sentient beings) worden behandeld. Dit betekent dat dieren bij het doden ‘elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden’ moet worden bespaard (Verordening (EG) Nr. 1099/2009 van de Raad van 24 september 2009 inzake de bescherming van dieren bij het doden). In deze Europese Verordening worden onder ‘dier’ alle gewervelde dieren (dus ook vissen) verstaan. Dat ging onze Nederlandse wetgever echter kennelijk te ver. In het Besluit houders van dieren dat in 2014 van kracht is geworden, en waarin ook het doden van gehouden dieren wordt geregeld, wordt het ‘besparen van elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden’ simpel niet van toepassing verklaard op de vissen. In het concept-Besluit was dat nog wel het geval. Het is het beschamende sluitstuk van een beleid waarin vissen niet als sentient beings, maar als gevoelloze voorwerpen acteren.

Alle hier in dit rapport kort aangestipte welzijnsproblemen zijn al eerder in allerlei wetenschappelijke rapporten en studies wetenschappelijk beschreven. Het is de grote verdienste van het rapport dat het de talrijke welzijnsproblemen in de vissector overzichtelijk behandelt onder vermelding van de relevante stukken. Het rapport laat ook duidelijk zien dat de Nederlandse overheid en visserijsector niet de ambitie hebben om die gigantische dierenwelzijnsproblemen zo spoedig mogelijk aan te pakken en op te lossen.

Ton Dekker
Voorzitter Vissenbescherming

©PiepVandaag.nl