De komende jaren zal Europa zich minder bemoeien met dierenwelzijn en meer aan de nationale lidstaten overlaten. Dat blijkt uit de nieuwe dierenbeschermingsstrategie 2012-2015, die vorige week werd gepresenteerd. De afgelopen jaren was er nog wel specifieke wetgeving om dieren te beschermen. 

‘De Europese Unie is niet langer de motor van de bescherming van dieren,’ zegt Marlene Wartenberg van het Vier Voeters kantoor in Brussel, dat zich richt op Europees beleid. ‘In de nieuwe strategie komen zaken als veetransport, het houden van wilde dieren, klonen en dierproeven niet eens voor. Wij zien ons genoodzaakt om ons meer te mengen in het besluitvormingsproces van het Europees Parlement, en meer politiek gerelateerde campagnes op nationaal niveau uit te voeren.’

Concrete wetten die dieren een minimum aan bescherming moeten bieden, hebben plaatsgemaakt voor een kaderwet. ‘Deze wet kan de tekortkomingen gedeeltelijk compenseren,’ zegt Wartenberg. ‘In de toekomst moeten mensen die met dieren werken bijvoorbeeld beter zijn opgeleid. Bovendien kunnen EU-regels makkelijker worden toegepast, waardoor de uitvoering van betere kwaliteit zal zijn. Maar over het algemeen zijn dit slechts kleine verbeteringen in vergelijking met de strategie van voorgaande jaren.’

Bron: Vier Voeters