Deze week bracht Animal Rights schokkende undercover-beelden naar buiten van horrorpraktijken in een Belgisch slachthuis. Het varkensvlees uit dit slachthuis werd verkocht onder het keurmerk ‘Beter voor iedereen’. Direct trad het gebruikelijke psychologische afweermechanisme in werking. “Er is geen gevaar voor de voedselveiligheid”, meldde de NOS geruststellend. “In Nederland kan dit nooit gebeuren”, wist een woordvoerder met grote stelligheid. En een dag later: het slachthuis is gesloten – dus we kunnen weer rustig slapen en kopen voortaan vaker ‘diervriendelijk vlees’.

blinde vlek
Een angstig varken in het slachthuis van Tielt | Foto: Animal Rights

Op zo’n moment is het goed te onderstrepen dat alle vee, ook biologisch en ‘diervriendelijk’ gehouden, in hetzelfde slachthuis eindigt. En dat we geen idee hebben wat er in die slachthuizen precies gebeurt, want er is geen cameratoezicht; misstanden komen steevast aan het licht via undercover-werk van dierenactivisten, niet door de NVWA die inspecties meestal aankondigt en bovendien zwaar onderbezet is (het motto is zelfregulering: veehouders en slachthuizen controleren zichzelf). En dat het leeuwendeel van de dieren onder erbarmelijke omstandigheden heeft geleefd. Volgens onderzoek van de stichtingen Dier & Recht en Varkens in Nood overtraden Nederlandse veehouders in 2013 minstens 2,7 miljard keer de wet, met nadelige gevolgen voor zo’n 500 miljoen dieren. Die overtredingen zijn structureel en er wordt niets aan gedaan; niet door de veehouder, niet door een dierenarts, en niet door de NVWA.

De omvang en ernst van deze wetsovertredingen zijn schokkend. Maar schokkender is wat er níét gebeurt. Het grootschalig negeren van de wet en systematisch toebrengen van letsel aan levende dieren veroorzaakt geen rel. We hebben het er niet over. In wezen gaat het hier om de grootste groep georganiseerde wetsovertreders in de samenleving (waar is de VVD voor het ‘stevig aanpakken’ van déze wetsovertredingen?) – tegenover de meest weerloze slachtoffers, dieren die geen enkele manier hebben om voor zichzelf op te komen.

Foto: Animal Rights

De meeste mensen geven desgevraagd aan dat ze van dieren houden en vinden dat dieren recht hebben op een goed leven. De pech van het varken is dat het eetbaar is. Varkens zijn aanhankelijke, gevoelige, zeer sociale dieren met ieder hun eigen unieke karakter. Ze zijn intelligenter dan honden. Experimenteel onderzoek in Engeland heeft aangetoond dat mensen precies hetzelfde dier minder morele waarde toeschrijven wanneer ze het als eetbaar beschouwen (een specifieke vorm van speciesisme die carnisme wordt genoemd) en dat ze een dier minder gevoel toedichten wanneer ze dat dier zonet te eten kregen dan wanneer hun iets anders werd voorgezet.

Dus omdat het varken ons goed smaakt, komt het ons als beschaafde burgers wel goed uit dat de hel waarin deze dieren leven en sterven, zich afspeelt achter gesloten deuren, verborgen voor onze kinderen. We worden soms even wakker geschud door beelden van vrijwilligers die níet hun ogen sluiten voor deze verschrikkingen: mensen die veel geven om dieren en helemaal kapot zijn van wat ze aantreffen, die daarom ons grenzeloze respect verdienen; die dit werk kunnen doen dankzij vrijwillige donaties, want de overheid doet het niet. De medewerker van Animal Rights werkte een maand in het slachthuis. De beelden werden op Facebook verborgen omdat ze te wreed waren en in het nieuws werden niet de ergste beelden getoond. Het was te erg. Maar vandaag is het weer business as usual: het product uit deze sector blijft overal vrij te koop voor Jan en alleman, en iedereen die het koopt doet in wezen een investering in deze bedrijfstak.

De veeindustrie is de grote blinde vlek van ons land. Een schandvlek. Ooit zullen we zeggen: we wisten niet dat het zo erg was. We wisten het niet, want we keken de andere kant op.

©AnimalsToday Roos Vonk