Damherten in de natuurgebieden Kop van Schouwen en Manteling van Walcheren in Zeeland mogen worden afgeschoten. Dat heeft de Raad van State op 3 mei besloten.

Damherten
Damherten in Zeeland mogen worden geschoten | Foto: ©Vildaphoto Yves Adams

De Raad van State heeft de ontheffing in stand gelaten die het college van Gedeputeerde Staten van Zeeland in december 2014 verleende aan de Faunabeheereenheid voor het opzettelijk verontrusten en doden van damherten. De ontheffing geldt tot en met 31 december 2019. De Faunabescherming maakte bezwaar tegen de ontheffing en werd daarbij een aantal keer door de rechtbank in het gelijk gesteld. De Raad van State heeft nu anders besloten.

Flora & Fauna
Het college van Gedeputeerde Staten van Zeeland verleende de ontheffing, omdat de flora en fauna in de natuurgebieden door de grote populatie damherten onder druk zou zijn komen te staan. Ook zou het welzijn van de dieren in gevaar komen als de populatie zo groot zou blijven. De populatie damherten in de gebieden mag volgens de ontheffing worden teruggebracht tot respectievelijk 325 en 80 dieren.

De Raad van State is het eens met het Zeeuwse college dat er geen andere bevredigende oplossing bestond voor het bereiken van de instandhoudingsdoelstellingen van de Kop van Schouwen en de Manteling van Walcheren, die zijn aangewezen als Natura 2000-gebieden. Het afrasteren van bedreigde flora is niet mogelijke gezien de omvang en diversiteit van de gebieden, aldus het College.

Alternatieven
Volgens een rapport van Alterra zijn andere methodes om de omvang van de populatie damherten te verkleinen, zoals vangen, verdoven of anticonceptie, niet of moeizaam toepasbaar en hebben belangrijke ethische, ecologische of economische nadelen.  Daarnaast oordeelt de Raad van State dat het college terecht heeft gesteld dat aan de gunstige staat van instandhouding van het damhert als soort geen afbreuk wordt gedaan door afschot tot de streefstanden.

Bron: Agriholland ©AnimalsToday.nl Monique van Dijk Armor