Het geboorteseizoen van de gewone zeehond is in volle gang en ReddingsTeam Zeedieren heeft het erg druk in deze periode. Want hoewel er nog steeds veel zeehonden geboren worden en er berichten zijn verschenen in de media dat het ‘goed zou gaan met de populatie’, luidt ReddingsTeam Zeedieren de noodklok. Er worden namelijk erg veel dode zeehondenpups gevonden op de stranden en de sterfte onder zeehonden is nu even hoog als de nieuwe aanwas.

sterfte
Opvallend veel sterfte onder pasgeboren zeehonden | Foto: Stichting ReddingsTeam Zeedieren

Jaap van der Hiele van Stichting ReddingsTeam Zeedieren is ongerust over deze ontwikkeling:

“Alleen al de afgelopen weken hebben we meldingen van tientallen dode pups, een zeer zorgelijke situatie. Ik heb begrepen van de wetenschappers bij de Wageningen Universiteit dat er nu net zoveel zeehonden in de Waddenzee sterven als dat er jaarlijks geboren worden. Dat komt neer op maar liefst 2.000 zeehonden per jaar en vooralsnog heeft men geen flauw idee waardoor dit komt. Het zou kunnen door het gebrek aan voedselaanbod, net zoals we dat ook zien bij andere soorten. Denk aan de tienduizenden zeekoeten die begin dit jaar massaal aanspoelden.”

zeehond
Een gewone zeehond en een grijze zeehond | Foto: Lenie ’t Hart

Toenemende sterfte

Het is een treurige zaak dat de zeehond, die bovenaan de voedselketen staat, als symbool van de Waddenzee nu te maken krijgt met toenemende sterfte in de zeehondenpopulatie. Hoewel er nog steeds veel jongen geboren worden is er weinig tot geen groei meer te zien in de populatie.

Grote vraag is waardoor dit komt, maar het dichtslibben van de bodem waardoor er weinig organismen ontstaan die weer andere dieren aantrekken zoals vissen, gecombineerd met vervuiling en overbevissing lijken voor de hand te liggen. Voor de bevestiging hiervan is meer onderzoek nodig, ook om eventuele andere oorzaken bloot te leggen.

Noodnummer

Het noodnummer van Stichting ReddingsTeam Zeedieren is 24 uur per dag en op alle dagen van de week bereikbaar: +31 (0)6 83 43 14 59.

Bron: