De recentelijk vernieuwde Rode Lijst van Bedreigde Soorten van de IUCN toont aan dat libellen en hun nauw verwante neven, de waterjuffers, wereldwijd in de problemen zitten.

libellen
Libellen en waterjuffers wereldwijd in de problemen | Foto: publiek domein (CC0)

Uit de evaluatie van meer dan 6000 soorten libellen en waterjuffers blijkt dat 16% met uitsterven wordt bedreigd. Hun achteruitgang wordt veroorzaakt door het wereldwijde verlies van de wetlands, moerassen en vrij stromende rivieren waarin zij zich voortplanten, voornamelijk als gevolg van de uitbreiding van niet-duurzame landbouw en wereldwijde verstedelijking.

Dramatische achteruitgang van insecten

In totaal bleek uit de evaluatie dat ongeveer 16% van de 6.016 soorten libellen en waterjuffers met uitsterven bedreigd zijn. Bij de beoordeling werden 95 libellen en waterjuffers ingedeeld als ernstig bedreigd, 298 als bedreigd en 282 als kwetsbaar – de drie categorieën “bedreigd” – en 221 als bijna bedreigd. Deze getallen weerspiegelen wat er gebeurt met insecten over de hele wereld. Meer dan een kwart van alle insecten wordt momenteel met uitsterven bedreigd, volgens de IUCN.

De onderzoekers stelden ook vast dat er over 29% van de beoordeelde soorten (1.730 soorten) niet genoeg informatie beschikbaar was om een beschermingsstatus toe te kennen. De insectensoorten worden maar beperkt bestudeerd, en dat terwijl er meer libellen- en waterjuffersoorten op de wereld zijn dan zoogdieren. Dit maakt het werk van de IUCN extra belangrijk, vooral in een periode waarin we een dramatische achteruitgang van insecten zien.

Leefgebied verdwijnt 3x sneller dan bossen

Wereldwijd verdwijnen wetlands en soortgelijke ecosystemen, de leefgebieden van libellen en waterjuffers, drie keer sneller dan bossen. Dr. Bruno Oberle, directeur-generaal van de IUCN, vertelt hierover:

“Moerassen en andere wetlands lijken misschien onproductief en onherbergzaam voor de mens, maar in feite leveren ze ons essentiële diensten. Ze slaan koolstof op, geven ons schoon water en voedsel, beschermen ons tegen overstromingen, en bieden een habitat aan één op de tien bekende diersoorten in de wereld.”

In Zuid- en Zuidoost-Azië wordt meer dan een kwart van alle soorten bedreigd, vooral door het kappen van wetland- en regenwoudgebieden om plaats te maken voor gewassen zoals palmolie. In Midden- en Zuid-Amerika is de belangrijkste oorzaak van de achteruitgang van libellen het kappen van bossen voor woningbouw en commerciële bouw.  Pesticiden, andere verontreinigende stoffen en klimaatverandering vormen een toenemende bedreiging voor soorten in elke regio van de wereld, en zijn de grootste bedreigingen voor libellen in Noord-Amerika en Europa.

Beschermers van wetlands

Hoewel wetlands vaak een ondergeschoven kindje zijn, zelfs bij natuurbeschermers, herbergen ze één op de tien soorten ter wereld. Maar elke verandering in deze habitats, of de waterkwaliteit, heeft invloed op deze insecten. Factoren zoals watertemperatuur, zuurtegraad, troebelheid of vervuiling kunnen de overlevingskansen van de jonge insectenlarven dramatisch verstoren.

Volgens onderzoekers spelen deze insecten ook een essentiële rol bij de bestrijding van plagen in de natuur, omdat zij de grootste kleine roofdieren zijn in wetlands. Gretige libellen- en waterjufferlarven doen zich tegoed aan muggen en vliegen die ziektes bij zich dragen voordat ze uitgroeien tot volwassen dieren.

De noodzaak van instandhouding

Dr Viola Clausnitzer, mede-voorzitter van de IUCN SSC Dragonfly Specialist Group:

“Libellen zijn zeer gevoelige indicatoren van de toestand van zoetwaterecosystemen, en deze eerste wereldwijde beoordeling onthult eindelijk de omvang van hun achteruitgang. Het biedt ook een essentiële basis die we kunnen gebruiken om het effect van beschermingsinspanningen te meten. Om deze prachtige insecten in stand te houden, is het van cruciaal belang dat regeringen, landbouw en industrie bij ontwikkelingsprojecten rekening houden met de bescherming van wetland-ecosystemen, bijvoorbeeld door belangrijke habitats te beschermen en ruimte te bestemmen voor stedelijke wetlands.”

We moeten zorgdragen voor onze wetlands op alle schaalniveaus, of het nu gaat om kleine beekjes in stedelijke gebieden, landbouwgrond of ongerepte leefgebieden. Clausnitzer stelt voor om wetlands, beken en rivieren te voorzien van oeverbufferzones – stroken beschermd land naast zoetwaterbronnen die verboden zijn voor landbouw en bouw.

Dat betekent ook dat we moeten voorkomen dat rioolwater, mijnbouw en industrieel afval onze beken en rivieren vervuilen. Een betere bescherming van de wetlands in de wereld zou niet alleen de duizenden libellen en waterjuffers redden, maar ook ontelbare andere soorten, en zou ons een betere waterkwaliteit en meer koolstofopslag opleveren.

Bronnen:

©AnimalsToday.nl Meia van der Zee