Burgers in Ecuador hebben een historische overwinning behaald. In een referendum wezen ze olieboringen in één van de meest waardevolle natuurgebieden ter wereld van de hand. Dat betekent dat het oliebedrijf met haar werkzaamheden moet stoppen, en het Yasuní Nationaal Park verder gespaard blijft.

burgers
Burgers stoppen oliebedrijf in natuurreservaat Ecuador (jaguars leven in dit gebied)| Foto: publiek domein

Yasunidos, de milieuorganisatie achter het referendum, heeft de uitslag in een tweet omschreven als “een historische overwinning voor Ecuador en voor de planeet”. Het Yasuní Nationaal Park is een door Unesco aangewezen biosfeerreservaat en de thuisbasis van twee nog in isolatie levende inheemse groepen. Het reservaat is dus niet zomaar een bos, het wordt wel de belangrijkste hotspot voor biodiversiteit genoemd. Hier leven meerdere bedreigde diersoorten, zoals jaguars, gordeldieren en slingerapen.

Klimaarrechtvaardigheid

Naast de winst voor dit park kan het resultaat van het referendum ook een grote stap betekenen voor de wereldwijde klimaatrechtvaardigheidsbeweging, al is nog niet te voorspellen hoe precies. Het biedt in ieder geval een potentieel model voor hoe we democratische processen kunnen inzetten om de uitbreiding van fossiele brandstoffen te remmen, of zelfs te stoppen, ten gunste van velen.

Robuuste democratie

Het was tenslotte de Ecuadoriaanse regering die de oliewinning zag zitten, en een verbod daarop ‘rampzalig’ noemde voor de economie. Olie is het belangrijkste exportproduct van het land in Zuid-Amerika. Decennialang streden burgers en activisten zij aan zij tegen de olievelden, het mag dus een overwinning van de democratie heten dat het gelukt is het tij te keren. Eens te meer wordt duidelijk hoe belangrijk een robuuste democratie is, waar burgers zonder tussenkomst van de autoriteiten een kwestie van belang op de kaart kunnen zetten. Zonder procedures van inspraak en verzet was het referendum nooit tot stand gekomen. Aan de andere kant lokt juist dit gegeven een tegenreactie uit bij bedrijven en overheden die niet zitten te wachten op mondige burgers met een mening.

Rijke landen deden niet genoeg

De pogingen om de Yasuní-olie in de grond te houden gaan terug tot 2007, toen toenmalig president Rafael Correa een beroep deed op rijke landen om 3,6 miljard dollar in te zamelen om boringen in het gebied tegen te houden. Zes jaar later, toen bleek dat dit bedrag niet bij elkaar zou worden gelegd, schrapte Correa het initiatief en gaf toch groen licht voor de boringen in het Amazonewoud. Volgens rapporten van Andean Amazon Monitoring Project is er al minstens 689 hectare ontbost, grotendeels door de olie-industrie. Experts waarschuwen dat die ontbossing, samen met de onvermijdelijke olielekken, de unieke biodiversiteit van het Amazonegebied, en Yasuní in het bijzonder, bedreigt.

wetlands
Amazonegebied Foto: publiek domein

Inheemse bevolking

Intussen is de inheemse bevolking in het natuurgebied intens bezorgd over hoe de industrie hun manier van leven heeft veranderd. Norma Nenquimo, een inheemse leider uit het gebied, stelde in een interview voorafgaand aan de stemming de olieboringen gelijk aan een ‘invasie’.

“Ze geven geen sikkepit om de gevolgen voor het milieu, alleen om de winst. Wij zijn afhankelijk van dit land. Wij zijn van niemand anders afhankelijk om te kunnen leven. Een plek met biodiversiteit is als een menselijk hart, en zonder hart kan niemand leven.”

Bronnen:

©AnimalsToday.nl Laura Lancée