Trekvogels vertrekken gemiddeld een week eerder naar hun broedgebieden dan een halve eeuw geleden. Dat toont nieuw onderzoek aan. In Europa en Canada zetten vogels de voorjaarstrek steeds eerder in door klimaatverandering. Ook de duur van het trekseizoen is toegenomen.

trekvogels
Vroeg voorjaar beïnvloed gedrag trekvogels | Foto: SchoonIngekaderd op Pixabay

Eerder al maakten natuurwetenschappers zich zorgen over de invloed van klimaatverandering, en de steeds vroegere inzet van de lente, op het trekgedrag van verschillende vogelsoorten. Gevreesd werd dat het trekgedrag van vogels niet meer gelijk zou lopen met de timing van gebeurtenissen op de trekroute en bij aankomst in het broedgebied. Daardoor kunnen vogels bijvoorbeeld problemen krijgen met de beschikbaarheid van voedsel -denk aan de levenscyclus van insecten- en andere seizoensgebonden veranderingen.

Lange afstandstrekker minder flexibel

Recent onderzoek toont aan dat vogels inderdaad eerder aan de voorjaarstrek beginnen wanneer de lente vroeg inzet. De nieuwe studie baseerde zich op data afkomstig uit langlopend onderzoek naar bijna 200 vogelsoorten. In samenwerking met vrijwilligers werden vanaf 21 locaties in Noord-Europa en Canada over soms perioden van tientallen jaren verschillende vogelsoorten zorgvuldig geobserveerd en bestudeerd. Het internationale tijdschrift Ecological Indicators publiceerde de resultaten.

Vogels die korte afstanden afleggen en de winter doorbrengen binnen Europa of Noord-Amerika, vertoonden de grootste verschuivingen in hun trekgedrag. Zij blijven op hetzelfde continent en trekken relatief korte afstanden naar zuidelijker streken, maar vervroegden hun voorjaarstrek wel met zo’n 1,5 tot 2 dagen per 10 jaar. Vogels die lange afstanden trekken en bijvoorbeeld in de tropen overwinteren, vertrekken ook eerder, maar slechts 0,6 tot 1,2 dagen per decennium. Aleksi Lehikoinen van het Finse natuurhistorisch museum, verbonden aan de universiteit van Helsinki:

“Gebaseerd op veranderingen in de gemiddelde migratiedata, hebben vogels hun voorjaarstrek gemiddeld met iets meer dan een week vervroegd sinds eind jaren 50 van de vorige eeuw.”

Verlenging trekseizoen door grotere spreiding

De ons zo bekende roodborst en zanglijster trekken niet ver en lijken hun vertrek dus flexibeler aan te kunnen passen, maar de vertrekdata van sommige soorten vertoonden nog veel grotere verschuivingen. Zo komen wilde zwanen tegenwoordig zo’n twee weken eerder in Finland aan dan dat ze dat in de jaren tachtig van de vorige eeuw deden.

Malta
Zanglijster | Foto: publiek domein

Niet alle individuen van eenzelfde soort vertrekken echter even vroeg of laat. Vroege trekkers zijn de vogels die druk ervaren om een territorium te vinden en voor zichzelf ‘veilig te stellen’ om te kunnen broeden. Hun soortgenoten die nog niet zullen gaan broeden, zoals jongere vogels, hebben minder haast om terug naar het noorden te trekken. Dat maakt dat de periode waarin vogels trekken niet alleen eerder begint, maar ook later eindigt. De totale migratie -ook van één specifieke soort- duurt langer.

Verschillen in temperatuurstijging per locatie

Een laatste opvallende conclusie uit het onderzoek is dat ook geografische verschillen in de klimaatverandering zichtbaar waren. Regionale verschillen in de vervroeging van de voorjaarstrek konden aan de hand daarvan verklaard worden. Andreas Lindén van Yrkeshögskolan Novia, Finland:

“Vogels vervroegden hun migratiedata meer in Europa dan in Canada, omdat de temperaturen in de lente in Europa sneller stegen.”

Door vooraf rekening te houden met dit soort verschillen bij het ontwikkelen van beschermingsmaatregelen en het aanwijzen van beschermde gebieden voor trekvogels, langs de trekroute en in zowel hun overwinterings- als broedgebied, kunnen gevoelige soorten trekvogels beter beschermd worden tegen de gevolgen van klimaatverandering.

Bronnen:  Phys.org (1), Phys.org (2) ©AnimalsToday.nl Merel Roks