In een nieuwsitem op Omroep Brabant verklaarde gemeente Breda op 26 juli j.l.: ‘We kunnen helaas niets meer doen’. De gemeente doelde daarmee op de aan botulisme lijdende knobbelzwanen die steeds langzamer in de vijver van Brabantpark zwemmen. Verderop in de verklaring komt de misvatting aan het licht waarop het standpunt van de gemeente is gebaseerd.

botulisme
Foto: André de Baerdemaeker

De woordvoerder verwoordt het als volgt:

“We proberen zieke dieren te helpen, maar zeker als de jonge zwanen eenmaal besmet zijn, zijn ze niet meer te redden en kunnen we er helaas niets meer doen.”

Deze opvatting is pertinent onjuist. Met de juiste middelen en zorg kunnen aan botulisme lijdende watervogels volledig genezen, zelfs wanneer de ziekte al in een ver gevorderd stadium is.

Vergiftiging
Het voert te ver om hier uitgebreid in te gaan op alle aspecten van botulismevergiftiging, maar een beknopte uitleg is op z’n plaats. De bacteriën die botulisme veroorzaken produceren, wanneer het water warm en zuurstofarm is, een giftige stof die na inslikken tot spierverlamming leidt. Wanneer watervogels verlamd raken, kunnen zij letterlijk het hoofd niet langer boven water houden. Zij verdrinken. Aan land geraakte vogels kunnen geen voedsel meer verzamelen, niet vluchten voor roofdieren en uiteindelijk – wanneer de spieren van de borstkas buiten werking raken – geen adem meer halen. Het is een meelijwekkend gezicht wanneer de eenden uit de vijver er als vaatdoekjes bijliggen. Het is moeilijk voor te stellen dat genezing van de slappe, naar adem snakkende vogels  nog mogelijk is. Toch is het zo.

Intensieve zorg
Vogelopvangcentra worden al sinds het prille begin geconfronteerd met botulisme. Al die jaren is er gewerkt aan methodes om de dieren weer op te lappen. Vaak zijn de verlamde patiënten, afgezien van de vergiftiging, niet in slechte conditie. Zonder van medicijnen gebruik te maken, maar door het dier van voldoende vloeistoffen en hulpstoffen te voorzien, is volledig herstel mogelijk. De gifstoffen kunnen door het lichaam zelf worden afgebroken of uitgescheiden, zolang het dier maar lang genoeg volhoud. Veel opvangcentra werken daarom met intensieve zorg voor botulismevogels. De dieren krijgen meermaals per dag vloeistoffen toegediend en sommigen knappen binnen enkele dagen helemaal op. De vaatdoek transformeert weer terug in een spartelende eend of zwaan.

botulisme
Genezing van botulisme is mogelijk | Foto: Pixabay

Overleving
Natuurlijk overleven niet alle vogels een verblijf in het opvangcentrum. Voor een watervogel met botulisme varieert de kans op genezing tussen de 40 en 60 procent, afhankelijk van de vogelsoort, de conditie van de vogel en de duur van de besmetting. Grote watervogels, zoals knobbelzwanen, kunnen meer hebben dan kleine steltlopertjes die soms minder dan 100 gram wegen. Zo zien we dat de opvatting van gemeente Breda geen stand houdt. De zwanen maken wel degelijk een goede kans om te genezen wanneer zij botulismevergiftiging oplopen, mits adequaat wordt gehandeld en de dieren snel naar een vakkundig opvangcentrum worden gebracht. In dat geval kan ik gemeente Breda de collega’s van VRC Zundert van harte aanbevelen.

Waterschap
Waterschap Brabantse Delta meende nog een aanvullend argument te moeten geven om de zwanen niet uit het water te halen. Men wil voorkomen dat andere zwanen de vijver na verdwijning van de rechtmatige eigenaars zullen innemen:

“Door de huidige dieren er te laten zitten, hopen we verdere verspreiding van botulisme te voorkomen.”

Deze redenatie is eveneens onjuist. Ten eerste claimen knobbelzwanen geen nieuwe territoria in de nazomer, wanneer de vogels beginnen met de rui. Pas na de wintermaanden zullen andere zwanen op het idee komen in de leeggevallen vijver te komen zwemmen. Daarnaast verspreidt botulisme zich niet zoals de griep. De kwaliteit van het water is bepalend voor het optreden van botulisme en daar ligt zeker een rol voor het waterschap en de gemeente. Een rol die ze zich ongetwijfeld aantrekken. Tenminste, dat hoop ik, want wanneer deze zwanenfamilie deze zomer aan botulisme sterft, strijken hun nietsvermoedende opvolgers komend voorjaar in de vijver neer om hetzelfde lot te ondergaan.

André de Baerdemaeker, voorzitter Vogelklas Karel Schot

©Animals Today