Nieuw onderzoek door de universiteit van Tel Aviv toont aan dat overbevissing nog steeds een probleem is in beschermde zeegebieden (Marine Protected Area’s – MPA’s). Meer dan de helft van ’s werelds beschermde zeegebieden functioneert niet zoals ze zijn bedoeld, voornamelijk als gevolg van illegale overbevissing.

Nog steeds overbevissing in beschermde zeegebieden
De toekomst van de biodiversiteit van de oceanen is onzeker | Foto: publiek domein

Beschermde zeegebieden zijn ontworpen om mariene ecosystemen te beschermen en om vispopulaties en ongewervelde zeedieren, waarvan het aantal door overbevissing steeds kleiner wordt, in stand te houden en te herstellen.

De aarde bestaat voor bijna driekwart uit oceanen, maar slechts 7,6 procent daarvan is beschermd, en dan nog voor een groot deel slechts op papier. In de praktijk gebeuren er nog veel te veel activiteiten die niet meer zouden moeten plaatsvinden in een beschermd gebied. Als de beschermde zeegebieden niet beter worden beheerd en als er niet beter wordt gehandhaafd, dan hangt de toekomst van de biodiversiteit van de oceanen aan een zijden draadje.

Nog steeds overbevissing in beschermde zeegebieden
Foto: publiek domein

Hoe werken MPA’s?

Het interne gebied van een MPA wordt beschouwd als een bolwerk voor visbestanden en biodiversiteit, om het leven van de oceaan kansen te geven om te bestaan zonder menselijke onderbreking. Op het punt waarop een MPA in aanraking komt met een open visgebied, werkt de bescherming niet meer goed. Een studie van de Universiteit van Tel Aviv onthult ecologische schade aan veel MPA’s over de hele wereld, met ‘randeffecten’ als oorzaak. De effectiviteit van MPA’s is bewezen in duizenden wereldwijd uitgevoerde onderzoeken. Maar de meeste hebben alleen de ‘binnen- en buitenkanten’ van de MPA’s bemonsterd, met weinig onderzoek naar de gebieden daartussenin.

Nog steeds overbevissing in beschermde zeegebieden
Een bolwerk voor visbestanden en biodiversiteit | Foto: publiek domein

Promovendi Sarah Ohayon en Itai Granot combineerden schattingen van het aantal vissen en ongewervelde dieren die behoren tot 72 taxonomische groepen, met hun ruimtelijke verdeling over 27 MPA’s in verschillende delen van de wereld waar vissen verboden is. Onder toezicht van prof. Yoni Belmaker van de afdeling Zoölogie van de Universiteit van Tel Aviv ontdekten de twee dat ‘er een prominent en consistent randeffect is dat zich ongeveer 1 kilometer (0,62 mijl) binnen de MPA uitstrekt, waarin [vis]populatiegroottes… 60 procent kleiner zijn dan die in het kerngebied’, voornamelijk vanwege de visserij. Maar wat zijn randeffecten? Ecoloog Liz Clift legt uit:

“In de ecologie verwijst een randeffect naar veranderingen in een populatie of gemeenschap langs de grens van een leefgebied. Een duidelijk voorbeeld hiervan is wanneer een landbouwveld tegen een bos ligt.”

In de ecologie treedt het randeffect op bij biotopen die zich naast een andersoortig gebied bevinden – normaal gesproken op het land. Het betekent dat de soorten die aan de grenzen van hun leefgebieden leven meer worden blootgesteld aan uitstervingsbedreigingen. Het randeffect kan ook verwijzen naar een gefragmenteerde habitat, die overlap vertoont met totaal verschillende omgevingen die van invloed zijn op de biodiversiteit van alle fauna die een grens deelt. Het team ontdekte dat 40 procent van de MPA’s – waarbinnen vissen volledig illegaal is – wordt verkleind door een randeffect, wat de bescherming die theoretisch aan het gebied wordt geboden tenietdoet.

Nog steeds overbevissing in beschermde zeegebieden
Onechte karetschildpad | Foto: publiek domein

Randeffecten voor beschermde zeegebieden niet onderzocht

Eigenlijk is 64 procent van alle MPA’s in de wereld kleiner dan 10 vierkante kilometer, wat betekent dat ze slechts 45-56 procent van de populatiegrootte hebben die ze zouden moeten hebben. In wezen betekent het randeffect dat beschermde gebieden van de oceaan niet werken zoals ze zouden moeten werken. Het randeffect ‘is nog niet onderzocht in MPA’s’, zegt Sarah Ohayon, een doctoraalstudent aan het laboratorium van professor Yoni Belmaker, School of Zoology, George S. Wise Faculty of Life Sciences in Tel Aviv:

“Toen ik de resultaten zag, begreep ik meteen dat we naar een patroon van randeffecten kijken. Randeffecten zijn goed bestudeerd in beschermde gebieden op land, maar nog niet empirisch onderzocht in MPA’s. Dit fenomeen doet zich voor wanneer er menselijke verstoringen en druk zijn rond de MPA, zoals jagen/vissen, lawaai of lichtvervuiling die de omvang van de natuurlijke populaties binnen de MPA’s nabij hun grenzen verminderen.”

Het randeffectprobleem kan worden opgelost door bufferzones. Goed afgedwongen MPA’s hebben een kleiner randeffect en die met bufferzones hebben geen randeffect – wat betekent dat de biodiversiteit daar goed wordt beschermd. Ohayon:

“Deze bevindingen zijn bemoedigend, omdat ze aangeven dat door het instellen van bufferzones, het beheren van de visserijactiviteiten rond MPA’s en het verbeteren van de handhaving, we de effectiviteit van de bestaande MPA’s kunnen vergroten en hoogstwaarschijnlijk ook de voordelen die ze kunnen bieden door overloop van vissen. Bij het plannen van nieuwe MPA’s adviseren wij, afgezien van de invoering van gereguleerde bufferzones, de MPA’s die voor bescherming worden beoogd, minimaal 10 km2 en zo rond mogelijk te zijn. Deze maatregelen zullen het randeffect in MPA’s verminderen.”

Bronnen:

©AnimalsToday.nl Marianne Miltenburg