Niet eerder in de geschiedenis van de mensheid was er zoveel koolstofdioxide in de atmosfeer als nu. Op 5 mei dit jaar bereikte de verhouding CO2 moleculen in de atmosfeer de psychologische grens van 400 deeltjes per miljoen over een daggemiddelde. 

Aarde - koolstofdioxide
Foto: NASA.gov

Het Mauna Loa Observatorium op Hawaii meet al sinds 1958 continu de concentratie CO2 in de atmosfeer. De ‘Keeling Curve’ die deze metingen samengevat in een grafiek laat zien, zendt een heldere boodschap uit: de mens verandert de samenstelling van de atmosfeer in rap tempo en slaagt er niet in het tij te keren.

Keeling Curve - koolstofdioxide
Keeling Curve – Concentratie CO2 in de atmoesfeer door de jaren heen | Foto: Wikimedia Commons

De boodschap is verontrustend omdat we met deze groeiende concentraties broeikasgas gestaag oplopen naar prehistorische waarden. 400 Deeltjes per miljoen is de concentratie die de aarde voor het laatst heeft gekend 10 miljoen jaar geleden in het Mioceen. Beneden de 350 deeltjes per miljoen handhaaft het klimaat zich waaraan de huidige beschaving en ecologie op ingericht zijn en 275 deeltjes per miljoen was de concentratie gedurende het tijdperk waarin de mens evolueerde tot aan de Industriële Revolutie. 450 Deeltjes per miljoen wordt gezien als een ‘Tipping Point‘ waarop de effecten van broeikasgasuitstoot onomkeerbaar zijn.

“Tenzij dingen vertragen, bereiken we dat in minder dan 25 jaar”, zegt Ralph Keeling, zoon van wetenschapper die het monitoringprogramma op Hawaii is gestart.

Roekeloos

Klimaatwetenschappers en milieu-activisten hebben geschokt gereageerd op het bericht. Voorvechter tegen klimaatverandering Al Gore in zijn blog:

“Dit getal is een herinnering dat  we in de laatste 150 jaar – met name in de afgelopen decennia –  roekeloos de beschermende hoes van onze atmosfeer over de aarde aan het vervuilen zijn. Die atmosfeer gaf ons de beschermende voorwarden waarop wij onze beschaving konden bouwen.”

Pieter Tans, beheerder van het monitorprogramma van de concentratie CO2 in de atmosfeer op Hawaii, interpreteerde de 400-grens als volgt:

“Dit symboliseert dat we volledig falen in het aanpakken van dit probleem.”

“Ergens in de afgelopen 50 deeltjes per miljoen hebben de polen gesmolten. We zullen zien wat in de volgende vijftig gebeurt”, zei milieuactivist en oprichter van 350.0rg, Bill McKibben.

Verlamd

“Het lijkt onmogelijk om in te denken dat een technologische ontwikkelde samenleving ervoor kiest om zichzelf te vernietigen, maar we zitten midden in het proces om dat te doen”, eindigde Elizabeth Kolbert haar boek Field Notes from a Catastrophe.

Dat is feitelijk de meest verontrustende gedachte, omdat tot dusver mondiaal de politieke en zakelijke wil ontbreekt om radicaal het tij te keren. Professor James Hansen, de meest vooraanstaande klimaatwetenschapper die al eerder waarschuwde dat verdere ontginning van de Canadese teerzanden betekent dat het ‘game over’ is voor het huidige klimaatsysteem, ziet hoe wereldwijd de overheden in de tas zitten van grote multinationals:

“De fossiele brandstof industrie heeft zo veel geld dat zij overheden kunnen afkopen. Onze democratieën worden serieus verlamd door het geld dat achter besluitvorming in Washington en andere regeringen schuilt.”

In februari dreigde Canada met een handelsoorlog tegen de Europese Unie als zij zou besluiten om teerzandolie extra te belasten. Anderhalf jaar geleden lekte uit dat de Nederlandse overheid de plannen van de Europese Unie om vervuilende olie zwaarder te belasten probeerde te verzachten om de belangen van Shell in de teerzanden te beschermen.

“Dat dit voorstel zelfs wordt besproken, laat zien hoe sterk de kracht van de lobby is van grote oliemaatschappijen over de politici in het Verenigd Koninkrijk en Nederland”, aldus Paul Morozzo van Greenpeace in The Guardian.

Teerzanden, Fort McMurray Alberta - koolstofdioxide
Teerzanden, Fort McMurray Alberta

Politieke carrière

Thomas Homer Dixon, docent mondiaal bestuur aan de Balsillie School voor Internationale Betrekkingen van de Waterloo Universtieit, Ontario, wijst daarop bijvoorbeeld in zijn recente artikel voor de Canadese Globe and Mail over de verdere ontginning van die zwaar vervuilende teerzanden.  Dixon stelt:

“Elke politicus die nationaal leiderschap ambieert en die zoiets [afbouwen van de exploitatie van koolstof intensieve bronnen] zegt, kan zijn politieke carrière gedag zeggen.”

Die stelselmatige ontkenning of bagatellisering van de omvang van het probleem hangt als een zwaard van Damocles boven ons hoofd. Het voorkomt dat regeringen voorzorgsmaatregelen treffen voor als de concentratie verder stijgt naar 450 deeltjes per miljoen, of 500 of 800.

“We gedragen ons als een gokker die er diep in zit, herhaaldelijk onze inzet verdubbelt op onze verbintenis met de industrie”, aldus Dixon.

Geprogrameerd tot zelf-destructie

Hoe serieus dat probleem kan worden, blijkt steeds duidelijker uit onderzoek naar waarom beschavingen in het verleden ten einde kwamen. Slecht beheer en uitputting van bronnen, met name bossen, aarde en water; geen tot weinig veiligheidsmarge of buffer tegen droogte en hongersnoden; overexpansie en onnodige en te dure oorlogen; toenemende complexiteit van een samenleving die te duur werd om te onderhouden, zeker tegen het licht van de groeiende kosten voor de extractie van de benodigde en schaarser wordende hulpbronnen; te hoge belasting en andere eisen op de burgerbevolking om dit systeem te kunnen blijven ondersteunen.  In grote lijnen zijn dat de factoren waarop beschavingen in het verleden ten val kwamen. William Ophuls, Amerikaans diplomaat in de jaren zestig en auteur van Immoderate Greatness concludeert dat samenlevingen geprogrammeerd zijn tot zelf-destructie: overmoedig, blijven streven naar groei totdat ze over de limiet gaan en risico’s opeenstapelen tot er een breekpunt volgt [ThinkProgress.org].

De ontginning van de teerzanden zullen nog eens een extra 120 deeltjes CO2 per miljoen in de atmosfeer loslaten. Schalie-olie in de Verenigde Staten bevat nog eens 300 gigaton koolstof. Daarnaast zijn oliemaatschappijen nog steeds op zoek naar nieuwe, vaak moeilijker, risicovoller en nog vuilere bronnen van fossiele brandstoffen. Ondertussen is het in de oude olievelden ‘business as usual’  en vraagt een groeiende en rijker wordende wereldbevolking om steeds meer energie.

“Als we kiezen voor deze smerigste van alle brandstoffen, in plaats van manieren uit te vinden om van onze olieverslaving af te komen, is er geen hoop om koolstofconcentraties beneden de 500 deeltjes per miljoen te houden”, schreef James Hansen vorig jaar al in de New York Times. “Een niveau dat, zoals de geschiedenis van de aarde laat zien, onze kinderen een klimaatsysteem nalaat dat buiten hun controle is.” [NY Times

Bronnen ©PiepVandaag.nl Barry Wijnandts