Iedereen met een tuin, kent het wel. Dat gezellige getjilp en gekwetter van een groepje huismussen, een merel of een roodborst ergens tussen de struiken of in een boom. Zelfs midden in de grote stad struinen kool- en pimpelmezen tuinen af naar allerlei lekkers. Maar hoe lokken wij vogels naar onze tuin en nog belangrijker: hoe zorgen wij dat zij ónze tuin blijven bezoeken?

vogels in de tuin
Wie wil er nou geen goudvink in de tuin? | Foto: publiek domein

Een tuin, al is het maar een klein stadstuintje of een balkon, vogelvriendelijk inrichten is erg belangrijk. Niet alleen voor voedsel, maar ook voor een veilige rustplaats en natuurlijk als nestplaats. Niet te netjes, want daar houden vogels niet van, maar vooral ook met veel variatie. Een struik of een plant hier, een drinkpoeltje of een drinkbak daar. Hieronder volgen wat tips om te zorgen dat vogels graag terugkeren naar “hun” tuin.

Vanuit gemeenten wordt tegenwoordig gevraagd de tuin niet te betegelen, maar te vergroenen, zodat een teveel aan regenwater de bodem in kan stromen, in plaats van te worden afgevoerd via het riool. Een grasveldje in de tuin is fijn voor vogels. Voor een tuinpad kan grind of boomschors dienen. Merels komen af op de vele wormen in de tuin, maar ook mees, roodborst en winterkoning vinden hier altijd wel iets van hun gading.

Tuinvogeltelling
De huismus was vorig jaar de meest getelde tuinvogel | Foto: ©Lars Soerink, Vilda natuurfotografen

Dichte bomen en struiken bieden veel beschutting tegen regen en wind, maar ook tegen roofvogels. En natuurlijk voedsel, als dit besdragende struiken/ bomen zijn.

Probeer te variëren met hogere-, lagere- en bodembedekkende plantensoorten, die in verschillende jaargetijden groeien. De ene uitgebloeide plantensoort kan dienen als nestmateriaal, een andere nog bloeiende plantensoort levert weer voedsel of beschutting tegen regen of roofvogels/ roofdieren. Ook lokt iedere bloeiende plantensoort insecten.

Een tuin met hoogteverschillen zorgt voor geleidelijke overgangen van lage beplanting naar struiken en bomen. Ieder niveauverschil herbergt weer haar eigen soorten. Merels en zanglijsters zingen graag vanuit de top van een boom, terwijl een heggemus weer zingt in de top van een struik en graag “stiekem” rondscharrelt op de grond, tussen de struiken.
Begroeide gevels zijn niet alleen mooier om te zien, ook voor vogels doen zij dienst als nestel-, rust- en voerplaats. Begroeiing op platte daken is ook prima. het werkt isoleren, trekt insecten aan en houdt water vast.

Bijna iedere tuin kent wel een rommelhoekje, waar nooit iemand komt, of waar niets kan/wil groeien. Maak hier een composthoop en veel insecten, en dus ook vogels, zijn de tuinier dankbaar. Wie weet vindt zelfs een ringslang hier een goede rustplaats of een broedplaats. Ook hoopjes bladeren kunnen blijven liggen, voor overwinterende egels.
Natuurlijk gaat het bij vogels niet alleen om voedsel en beschutting tegen regen, wind en rovers. Vogels moeten ook drinken en badderen. Dus met een vijvertje of een waterschaal, dan zijn zij helemaal in hun nopjes.

tuinvogels
In de winter kunnen tuinvogels wat extra voedsel goed gebruiken | Foto: Mary Lagarde

Balkon
Niet iedereen heeft een tuin, maar ook naar een balkon kunnen vogels worden gelokt. Met behulp van bakken en potten met besdragende struiken, zoals lijsterbes, klimop of hondsroos vinden vogels hun weg naar het balkon. Een waterbadje en een nestkastje doen de rest.

Om meer vogels naar tuin of balkon te lokken, kunnen vogels ook in de zomer worden bijgevoerd. Volgens de Vogelbescherming Zeist kan dit geen kwaad. Jarenlang werd aangeraden om vogels juist niet in de zomermaanden bij te voeren, omdat jonge vogels zaden en noten moeilijker kunnen verteren. Uit onderzoek blijkt dit echter niet het geval. in voorjaar en zomer kunnen vogels worden bijgevoerd met fruit ( appel, banaan, peer), zonnebloempitten en insecten als gevriesdroogde meelwormen.

Wat niet te doen
teveel onderhoud aan de tuin is niet goed voor vogels, ook al oogt het nog zo netjes. Ruim geen afgevallen blad op, uitgebloeide planten weghalen uit de tuin, alle struiken tegelijk snoeien (wegens een tekort aan beschutting), bessenstruiken te vroeg snoeien (bessen bevatten veel viaminen)de schutting onbegroeid laten (ook weer vanwege een schuilplaats voor vogels).

Bronnen: Vogelbescherming, GeaflechtTuin & BalkonBraamtuinen ©AnimalsToday Walter Eijndhoven