De paddentrek voor dit jaar lijkt vorig weekend ten einde te zijn gekomen. In de afgelopen weken zijn er weer veel padden, kikkers en salamanders overgezet. Honderden vrijwilligers zijn in Nederland actief geweest als ‘klaar-overs’ en hebben op drukke verkeerswegen veel dieren veilig naar de overkant weten te brengen.

Paddentrek
Foto: Elma Vonk

Elk voorjaar trekken padden (en andere amfibieën) van hun winterverblijven naar het water om zich daar voort te planten. De paddentrek vindt plaats in de periode van februari tot april. Dit jaar begon de paddentrek al vroeg door het zachte voorjaar. Voor het op gang komen van de trek is een combinatie van temperatuur (minimaal 6°C) en een hoge luchtvochtigheid (75% tot 90%) nodig.

Na de voortplanting verlaten de meeste soorten direct het water en trekken weer terug naar hun zomerbiotoop. Bij het oversteken worden dus ook veel dieren geholpen die weer op de terugreis zijn.

Van juni tot september trekken de jonge padden vanuit het voortplantingswater naar hun zomerverblijf. Bij sommige soorten is dit een zeer opvallend verschijnsel en spreekt men ook wel van ‘paddenregen’. Met honderden en soms wel duizenden tegelijk komen de kleine, net gemetamorfoseerde, kikkertjes en padjes het land op. De padden zijn nog zo klein dat je goed moet opletten om ze te zien. Ze zijn namelijk niet groter dan een flinke vlieg. Meestal vindt deze massale trek plaats op een regenachtige avond, waardoor het waarschijnlijk ook paddenregen genoemd wordt. De dieren gaan dan op zoek naar een geschikte zomerbiotoop.

Op www.padden.nu is alles te vinden over de paddentrek en paddenwerkgroepen.

©PiepVandaag.nl Nicole Brinker