Verloren netten, lijnen en haken houden wilde dieren gevangen als ze in de oceanen drijven, naar de bodem zinken of aanspoelen. Volgens de meest uitgebreide studie ooit over verloren visuitrusting, blijft er elk jaar genoeg commercieel visdraad achter om naar de maan en terug te gaan. De schokkende resultaten zijn gepubliceerd in het tijdschrift Science Advances.

oceanen
Schokkende omvang van verloren vistuig in de oceanen | Foto: publiek domein

Achtergelaten, verloren of anderszins weggegooid vistuig levert een belangrijke bijdrage aan oceaanvervuiling, met uitgebreide sociale, economische en milieueffecten. Tot op heden is de informatie over hoeveel vistuig verloren gaat aan de oceanen beperkt; er bestaat namelijk alleen een verouderde schatting van 640.000 ton per jaar.

In een recent onderzoek is een gestandaardiseerde schatting gemaakt van wat er per jaar allemaal aan visserijmateriaal verloren gaat. De onderzoekers van de Australische Commonwealth Scientific and Industrial Research Organisation (CSIRO) en de Universiteit van Tasmanië gebruikten hiervoor gestandaardiseerde interviews met 451 commerciële vissers in zeven landen om te vragen wat er verloren ging. Daarnaast koppelden de onderzoekers deze interviews aan gegevens over de hoeveelheid commerciële visserij wereldwijd om een schatting te maken.

Verloren vistuig

Het blijkt dat er elk jaar genoeg netten verloren gaan of worden weggegooid om Schotland te bedekken. Als alle soorten verloren lijnen aan elkaar zouden worden geknoopt, dan zouden ze 18 keer rond de aarde kunnen lopen. “Dit is super confronterend”, verteld Dr Denise Hardesty, wetenschapper van CSIRO en een van de auteurs van de studie.

“Dit draagt bij aan een onvoorstelbare hoeveelheid onbekende sterfgevallen wat kan leiden tot gevolgen op populatieniveau voor de zeedieren.”

Jaarlijkse verliezen

Vissers in de Verenigde Staten, Marokko, Indonesië, Belize, Peru, IJsland en Nieuw-Zeeland werden geïnterviewd. De landen werden gekozen omdat ze een visserijsector hadden die de meeste vismethoden gebruikten. Het bleek dat kleinere boten meer vistuig verloren dan grotere boten.

De jaarlijkse verliezen omvatten:

• 78.000 vierkante kilometer aan ringzegennetten en kieuwnetten
• 215 vierkante km bodemtrawlnetten
• 740.000 km lange beuglijnen
• 15,5 miljoen km aan zijlijnen
• 13 miljard beuglijnhaken
• 25 miljoen fuiken en korven

Trawlen

Een vorm van visserij is trawlen (netvissen); het schip sleept een net over de zeebodem of op midden waterhoogte. Bij het slepen over de zeebodem verloren de vissers meer netten. Hardesty zei dat vissers vaak netten kwijtraakten als gevolg van slecht weer waarbij de uitrusting niet goed was vastgemaakt of wegdreef, of dat het vistuig verstrikt raakte in uitrusting van andere vaartuigen die om dezelfde vis streden. De netten zijn namelijk ontworpen om dieren te vangen en te doden. Daarnaast kan verloren vistuig wat blijft ronddrijven, naar de bodem zinkt of aanspoelt, volgens Hardesty nog jaren dieren vangen. “Dat zijn vogels, schildpadden, walvissen, haaien, dolfijnen, doejongs”, zei ze.

Andere vormen van visserij

Bij de zegenvisserij worden de vissen door een kuilvormig net omsloten. Bij de industriële vorm van dit type visserij wordt het net van onder dichtgetrokken en ingehaald. Een kieuwnet bestaat namelijk uit één of meerdere staande netten waar vissen met de kieuwen in vast blijft zitten. Daarnaast wordt er bij de beugvisserij een lange vislijn, waaraan dunnere dwarslijnen met geaasde haken zijn bevestigd, gebruikt. Het geheel samen wordt een beuglijn genoemd. Ook kan er binnen de visserij nog gebruikt worden gemaakt van fuiken en korven; een constructie waar de vissen makkelijk naar binnen zwemmen, maar moeilijk uit kunnen ontsnappen. Tot slot is er een combinatie van verschillende visserijmethoden ook mogelijk, zo bestaat er bijvoorbeeld de korflijnvisserij waarbij aan een lange lijn diverse korven of vallen zijn bevestigd.

Resultaten en oplossingen

Hoofdauteur Kelsey Richardson (Universiteit van Tasmanië) zei dat de gedetailleerde schattingen de visserijbeheerders, de commerciële visserijsector en de natuurbeschermers moeten helpen om gerichte oplossingen te vinden. Daarnaast dragen de netten volgens haar bij aan het wereldwijde probleem van plasticvervuiling van de zee.

Hardesty zei dat er oplossingen zijn, zoals lokale overheden die ouder vistuig – dat vaker verloren gaat dan nieuw materiaal – opkopen. Bijvoorbeeld er zouden tags of labels aan vistuig kunnen worden bevestigd en in havens zouden gratis faciliteiten kunnen worden ingevoerd om vissers in staat te stellen onbruikbare netten veilig weg te gooien.

Spooknetten aanpakken

Richard Leck, hoofd oceanen bij het WWF Australië, verklaarde:

“Deze cijfers zijn adembenemend. Dit geeft ons een idee van de afschuwelijke omvang van het probleem en de dringende noodzaak om het aan te pakken. Spooknetten – zoals ze bekend staan – zijn een bijzonder dodelijke vorm van plasticvervuiling voor al het zeeleven waar we om geven. Zodra deze netten verloren gaan, stoppen ze niet meer met vissen.”

Tot slot, volgens Leck moet het probleem van spooknetten worden aangepakt “op mondiaal niveau om ervoor te zorgen dat landen verantwoording afleggen” door middel van transparante rapportage en etikettering van vistuig.

“Dit heeft gevolgen voor alle landen – niet alleen voor de plaatsen waar netten verloren gaan. Dit vistuig kan door oceanen migreren en vis blijven vangen en bedreigde soorten verstrikken.”

Bron:

©AnimalsToday.nl Aurora van de Loo