Ik ben opgegroeid met de overtuiging dat bont een wreed en onnodig product is voor rijke madammen. Ik was niet de enige die dat vond, ook mijn leeftijdsgenoten en mijn ouders vonden dat. Mijn oma had een nertsenstola, net als veel andere oude dames, maar de nieuwe generatie droeg geen bont meer. De gruwelijke beelden van jonge zeehondendjes die doodgeknuppeld werden op het ijs in Canada stonden op ieders netvlies gegrift. Ook mensen die niet zoveel problemen hadden met het doden van dieren voor de mode, vonden van de zeehondenjacht toch echt dat dat niet kon.

knuppels
Jonge zeehond, vooral aantrekkelijk voor jacht vanwege de vacht

Inmiddels zijn we twee decennia verder en lijkt de zeehondenjacht vergeten. Europa heeft een importverbod dus producten van zeehonden vind je hier niet. Naar aanleiding van importverboden over de hele wereld is de zeehondenjacht nagenoeg ingestort. Het quotum voor het aantal zeehonden dat geknuppeld mag worden wordt al jaren niet meer gehaald: de bloederige beelden lijken uit ons collectieve geheugen gewist. Maar de slachting gaat ondertussen gewoon door en als we niet uitkijken wordt hij weer groter dan ooit tevoren.

Want Canada rust niet. Samen met de Noorse regering heeft ze het Europese importverbod aangevochten bij de Wereld Handelsorganisatie. Los van de gevolgen van deze procedure is de discussie rondom de zeehondenjacht ook bij politici weer volop geopend.

Het is ontzettend belangrijk dat Canada niet ongestraft door kan gaan met haar praktijken en de rol van dierenbeschermingsorganisaties is hierbij essentieel. Dierenbeschermingsorganisaties doen onderzoek, voeren campagne, creëren bewustwording en het belangrijkste: kijken mee. De beste manier om de zeehondenjacht aan te pakken is het publiek te informeren en om aan Canada en haar jagers te laten zien dat ze niet ongezien met hun wreedheden door kunnen gaan. Daarom is Bont voor Dieren afgereisd naar Newfoundland waar jaarlijks op zeehonden wordt gejaagd. Samen met onze partnerorganisatie HSI zijn wij de jacht waar gaan nemen en vast gaan leggen op film.

Het was een hele onderneming, omdat de jagers niet bepaald op pottenkijkers zitten te wachten. Allereerst was de vraag wanneer de jacht zou plaatsvinden. Via oplettende Canadezen, het Ministerie en in Newfoundland zelf  probeerden we erachter te komen waar gejaagd ging worden en op welke dag gestart werd. Vervolgens moesten door ons de benodigde vergunningen worden aangevraagd. Ik moest een verklaring tekenen dat ik op geen enkele manier de jagers lastig zou vallen bij hun werk en niet dichterbij zou komen dan tien meter. Vervolgens gingen we op zoek naar de jagers. De ijsvlakten zijn immens en het zoeken naar de kleine vissersboten is zoeken naar een speld in een hooiberg. Een dure grap dus, vandaar dat we eerst met een klein (goedkoop) vliegtuig op zoek gingen. Overal waren prachtige zeehonden te zien die uit lagen te rusten op het ijs of een duikje namen, onwetend van de jagers die naar hun pups op zoek waren. Na een paar uur zoeken zagen we een stip in de verte: een vissersboot. We besloten terug te vliegen en stapten over in de helikopter. Het huren en vliegen van een helikopter is erg duur, dus doordat we de juiste coördinaten inmiddels hadden vlogen we recht op ons doel af. Vanaf een paar meter hoogte zagen we vervolgens de gruwelijke slachting die we vastlegden op film.

Werkelijk niemand is gebaat bij de zeehondenjacht. In de eerste plaats natuurlijk de pups en hun moeders niet. Maar nu ik heb gezien onder welke barre omstandigheden de jagers aan het werk zijn kan het er bij mij niet in dat ze geen gewetensnood hebben bij wat ze doen. In de snijdende kou moeten ze kilometers ver op zoek naar de zeehonden. Ze hebben maar een paar weken de tijd om een zo groot mogelijk aantal dieren te doden, waardoor ze gehaast en slordig te werk moeten gaan. Door de haast is niet elke zeehond meteen dood en dat wordt ook niet altijd opgemerkt door de jagers. De pups worden gelijk gevild om gewicht te besparen en de karkassen worden terug op het ijs gegooid.

En wat nog het ergste is: de jagers kunnen de huiden (bijna) nergens kwijt: de prijzen zitten op een dieptepunt en het overschot wordt in pakhuizen opgeslagen. Er gaan zelfs geruchten dat de huiden uiteindelijk gewoon verbrand worden. De Canadese jacht is absoluut zinloos!

De grote vraag is dan ook waarom Canada de jacht in stand houdt?

Daarover heb ik in Canada verschillende politici en beleidsmakers gesproken. De jacht wordt als cultuurhistorisch gezien. De stem van de vissersgemeenschap is belangrijk voor politici dus durven ze niet in te grijpen. Maar een belangrijkere reden is de volgende: als Europa de import van zeehondenproducten uit Canada verbiedt en als zij daarin gelijk krijgt van de Wereld Handelsorganisatie, kan dat immense gevolgen hebben voor de handel. Want als dierwelzijn belangrijker is dan vrije handel, welk product komt dan aan de beurt om geweigerd te worden? Vlees van dieren die in Canada op transporten van 54 uur vervoerd worden? Bont van coyotes die in Canada gevangen worden met wildklemmen die bij ons verboden zijn?

Ieder  mens en elke regering met gezond verstand zou zich verre moeten houden van het ethisch en moreel ernstig verwerpelijke martelen van dieren, enkel en alleen voor bont. Dat de Canadese regering dit toestaat vanwege andere (economische) belangen is vreselijk en dat zal ik samen met Bont voor Dieren en dierenbeschermingsorganisaties van over de hele wereld blijven bestrijden. Onze film over de Canadese jacht zullen we overal verspreiden, zodat de zeehondenjacht weer terug is op ons netvlies en dat van de mensen die in Europa en Canada het beleid bepalen. Samen stoppen wij de knuppels!

Meer informatie over de zeehondenjacht? Kijk op stopdeknuppels.nl

Canada

Nicole van Gemert, Directeur Bont voor Dieren ©PiepVandaag.nl