Vandaag gaat het weer van start. Op 1 september begint opnieuw het dolfijnenjachtseizoen in het Japanse dorp Taiji. 6 maanden lang zal een kleine groep mannen, die zichzelf als vissers zien, iedere ochtend bij het eerste licht uitvaren, om wilde dolfijnen van open zee naar de kust te drijven.  De meeste van deze dieren verliezen hun leven of hun vrijheid in een door rotswanden omhulde baai, die berucht is geworden als ‘the Cove’.

dolfijnenslachting
©Sea Shepherd

Het is alweer vijf jaar geleden dat de geruchtmakende documentaire met die naam uitkwam en het is ook voor het vijfde jaar dat tientallen ‘Cove Guardians’ aanwezig zullen zijn om ervoor te zorgen dat de wereld het lijden van de dolfijnen daar niet kan negeren.

De jacht is lucratief vanwege de honderden dolfijnen die ieder jaar weer worden verkocht aan attractieparken in voornamelijk Azië. De dolfijnen die niet aan het schoonheidsideaal van de vermaakindustrie voldoen worden meedogenloos afgemaakt, waarna hun vlees en blubber op de locale markt worden verkocht.

Midden augustus werden de vangstquota voor Taiji bekendgemaakt:

114 Indische grienden

450 Gestreepte dolfijnen

509 Tuimelaars

261 Grampers

400 Slanke dolfijnen

70   Zwarte zwaardwalvissen

134 Witgestreepte dolfijnen

Geen van deze quota werden het afgelopen jaar gehaald.

18 augustus arriveerde de massale politiemacht in Taiji, die vervolgens de 22e  de traditionele, grootmaterieeloefening met de kustwacht hield. Dit is de economische en sociale impact die de directe-actie-Japanse-stijl van de Sea Shepherd Cove Guardians heeft.

Op 10 augustus belegde WAZA, de overkoepelende organisatie voor dierentuinen en aquariums, een vergadering in Tokyo met haar Japanse afdeling JAZA. WAZA kwam met een voorstel om een 2-jaar durend moratorium op de vangst van dolfijnen in te stellen, maar dit werd door JAZA als onrealistisch van tafel geveegd. Het daaropvolgende voorstel om de vangst voor slavernij en die voor slachting strikt te scheiden, wordt in overweging genomen. Uitstel dus, dat, zeker in Japan, waarschijnlijk wel afstel zal betekenen.

Wanneer een dode dolfijn 500 euro opbrengt bij de slager, en een levend gevangen dolfijn 10 duizenden tot meer dan 100 duizend euro op kan brengen voor de makelaar, is niet moeilijk om te zien wat de drijvende kracht achter deze industrie is.

Het Japanse excuus is ‘traditie’. Onzin als je weet dat de eerste drijfjacht plaatsvond in 1933, gevolgd door enkele in 1936 en 1944. Volgens de eigen geschiedschrijving kwam de drijfjacht zoals we die vandaag kennen pas in 1969 op gang. Het doel was om het Taiji Whale Museum van grienden te voorzien. In Taiji is het altijd om geld en winst gegaan en daar gaat het nog steeds om.

De druk op Taiji wordt ieder jaar groter. Het aantal gedode dolfijnen neemt af. Hoewel het aantal dolfinariums in ontwikkelingslanden nog steeds groeit, is er vooral in de westerse wereld een groeiend besef dat deze intelligente sociale dieren niet voor ons vermaak mogen worden opgejaagd of opgesloten. De ‘Cove Guardians’ en de ‘Infinite Patience (oneindig geduld)’ campagne vervullen in deze bewustwording een cruciale rol.

Wil je de campagne volgen of er aan deel nemen, kijk dan op:

Sea Shepherd Cove Guardians

Sea Shepherd Cove Guardians Facebook

Sea Shepherd Cove Guardians Twitter

Sea Shepherd Cove Guardians Instagram

Erwin Vermeulen is hoofdwerktuigkundige op een schip, fotograaf, vrijwilliger bij Sea Shepherd en woont samen met zijn vriendin Susan, een dove kat, een eenogige kat, een kat met één nier en een dove en blinde hond.

©PiepVandaag.nl