Op 4 november vond de elfde drijfjacht van het seizoen plaats. Een onstuimige zee en harde wind hadden de dolfijnenjachtvloot in de haven van Taiji gehouden. Toen deze later op de dag toch ineens uitvoer, kon dit alleen betekenen dat er een tip van collega‘vissers’ of anderen op zee was binnengekomen. Een groep van vijftien grampers werd dan ook snel dicht onder de kust gevonden en rap de baai ingedreven. De dieren zwommen in eindeloze cirkels rond tot de opkopers arriveerden voor de selectie van twee individuen voor gevangenschap. De overige dertien familieleden werden afgeslacht. Op 10 november werden de twee van hun vrijheid beroofde grampers in kratten en vervolgens in een gereedstaande vrachtwagen geladen op weg naar een leven van slavernij.

drijfjacht
Grienden slaan in paniek tegen de rotsen | Foto: Sea Shepherd

Terwijl dit transport plaatsvond tijdens de dageraad, voeren elf schepen uit belust op meer. Om 9 uur ’s ochtends kwamen zes van hen samen in drijfformatie. Vlak voor de baai van Taiji scheidden twee van de schepen zich af terwijl de achtergebleven vier de kleine groep in positie hield. De twee voegden zich bij de rest van de vloot die een tweede kleine groep langs de kust naar Taiji dreef. Nadat de twee groepen samen kwamen, werden de in totaal veertien tuimelaars opgesloten achter netten in de baai van Taiji, terwijl de opkopers en zogenaamde trainers werden opgehaald in de haven. Bij hun aankomst werd de familie onder de dekzeilen gedreven van de slachtbaai. Uiteindelijk werden vijf tuimelaars uit het wild geroofd voor de hebzucht van de ontvoerders en dolfinariums, en voor dat uurtje vermaak van een onwetend of ongeïnteresseerd publiek. Dit bracht het totaal aan gevangengenomen tuimelaars voor dit seizoen sinds 1 september op 55. Zes grotere dieren werden afgeslacht voor vlees en blubber voor de lokale markt en de overige drie, ongeschikt voor de entertainmentindustrie en te licht bevonden om deel uit te maken van het quotum, werden op zee gedumpt met een aanzienlijk slechter vooruitzicht op overleven dan voor hun contact met de Japanse cultuur.

15 november werden twaalf tot vijftien grampers de baai van Taiji ingedreven. Ze werden een nacht lang achter de netten vastgehouden en de volgende ochtend vermoord.

Net als de dag ervoor werd op 16 november een familie grampers, deze keer een groep van negen, onderworpen aan een van de langst durende drijfjachten van dit seizoen. Gedurende meer dan vier uur probeerden zes van de zeven uitgevaren schepen de in cirkels vluchtende groep de baai van Taiji in te drijven. Uiteindelijk moesten ook vier van de in de haven achtergebleven schepen, waarvan de bemanning het bloed nog aan de handen had van de slachting van die ochtend, zich bij de jacht voegen om deze familie te onderwerpen. Pas met een overmacht van tien schepen lukte dat. De dieren werden onder de dekzeilen gedreven en twee individuen werden van hun familie ontvreemd. Onderweg naar de havenkooien werd om wat voor reden dan ook besloten om één van de gevangen grampers uit de draagconstructie vrij te laten; de andere werd opgesloten in een kooi in de haven. Het restant van de groep werd terug naar zee gejaagd.

In de duisternis van de vroege ochtend van 18 november werd het opgesloten dier aan land getakeld en in een vrachtwagen geladen op weg naar een dolfinarium in Japan of naar het vliegveld voor een overzees concentratiekamp.

Waar Taiji met betrekking tot de populaire tuimelaars als groothandel lijkt te fungeren, met een voorraad slaven die uiteindelijk toch wel verkoopt, lijken de snelle transfers van grampers deze maand erop te duiden dat deze soort op bestelling wordt gevangen.

De 15e drijfjacht van het seizoen zal velen nog lang bij blijven vanwege de over dagen uitgespreide brutaliteit die de groep van 69 tot 74 grienden moest ondergaan nadat ze op 19 november de ‘Cove’ waren ingedreven. Slechts acht van de twaalf schepen waren uitgevaren voor de jacht, terwijl de overige ‘vissers’ hielpen met de transfer van twee van de tuimelaars die op 10 november waren gevangen, van de havenkooien naar het Taiji Dolphin Resort Hotel.

De vloot was al op de terugweg toen het ineens van koers veranderde. Even later voeren ook drie van de vier in de haven achtergebleven jagers uit en voegden zich bij de zich vormende formatie. De jagers splitsten zich in tweeën, waarna vijf schepen hun groep grienden snel langs de rotsachtige kust naar de baai dreven, terwijl de overige zes worstelden met het andere gedeelte van de uitgebreide familie. Zij kregen hulp van twee schepen, nadat die de eerste groep achter netten hadden opgesloten en zo werd de familie al snel herenigd in de wachtkamer van de dood, die de baai van Taiji is. De grienden werden ‘s nachts achter netten gehouden.

Op de vroege ochtend van de 20e begon de selectie met ‘trainers’, opkopers en moordenaars die in skiffs bij de ‘Cove’ arriveerden. Eén van de grienden werd in een net gewikkeld onder de dekzeilen gesleept voor inspectie om vervolgens te worden opgesloten in een havenkooi, terwijl elf dieren in de nabijheid van hun familieleden, gedurende drie uur, werden vermoord. Tijdens deze marteling was de vermoedelijke matriarch van de groep buiten bereik van haar familie aan haar staart vastgebonden, zodat ze het bloedbad niet kon verstoren. De achtergebleven leden van de groep brachten de nacht opnieuw door in een dicht opeen gepakte cirkel, bescherming en troost zoekend bij elkaar.

Op 21 november werden nog eens 21 grienden afgeslacht en opnieuw brachten de overlevenden een nacht door zonder voedsel, zwemmend in het bloed van hun familieleden. Tenminste één griend overleed voordat de ‘vissers’ een stalen pen in zijn of haar nek konden drijven.

Op de ochtend van 22 november, na drie dagen zonder voedsel of water (dat dolfijnen normaal uit hun voedsel halen) dreven verscheidene dode lichamen van grienden in de baai, waarschijnlijk overleden aan de gevolgen van het geweld, de stress en trauma van de afgelopen dagen. Deze dag werden nog eens veertien grienden geslacht. Een griend, blijkbaar al met een metalen pen in de nek gestoken, wist voor korte tijd te ontsnappen vanonder de dekzeilen en zocht een uitweg tussen de rotsen, zich er wanhopig op werpend. De genadeloze moordenaars sleepten hem of haar terug naar een van de skiffs en bonden de griend eraan vast met een touw. Zo werd het dier achtergelaten om te verdrinken of dood te bloeden. Er bestaat in Taiji geen snelle of humane dood.

Uiteindelijk werd de resterende, gedecimeerde familie, bestaande uit voornamelijk jongelingen, terug naar zee gesleept in de draagbanden, waarmee anders de dieren bestemd voor gevangenschap uit de ‘Cove’ worden verwijderd. Ook dit ging fout: één dier ontsnapte aan de constructie en zwom terug naar de baai, mogelijk op zoek naar afgeslachte familieleden; een ander dier raakte verstrikt in de draagbanden en verdronk. In tegenstelling tot het naar buiten drijven van de hele groep, nam dit proces zoveel tijd in beslag, dat het nog maar de vraag is of de verschillende overlevenden elkaar terug hebben gevonden.

De sombere optelsom, zoals waargenomen door de Sea Shepherd Cove Guardians, leert ons dat één dier in slavernij verdween, 46 intelligente, sociale dieren werden geslacht voor vlees en blubber en tenminste vijf dieren omkwamen door verdrinking of stress.

De Cove Guardians maakten deze film van een stervende griend. Waarschuwing: schokkende beelden.

De gevangen griend werd door zijn ontvoerders gedwongen om voedsel tot zich te nemen. In Taiji gebeurt dat door een lange, stofzuigerformaat, slang de keel van het dier in te duwen en dan vloeibaar voedsel via een trechter er doorheen te gieten. Op 28 november was de kooi waarin de griend was opgesloten leeg. Het vermoeden bestaat dat dit individu is overleden.

Een dag later, op 29 november, waren opnieuw grampers het slachtoffer, samengedreven door zeven van de elf uitgevaren schepen. De familie van zes werd in zijn totaliteit afgeslacht binnen twee uur na de baai te zijn ingedreven.

Op de laatste dag van de maand werden acht tuimelaars, vier mannetjes en vier vrouwtjes, gevangen in Taiji, naar een dolfijnenconcentratiekamp in China gevlogen. Een geschatte $1.2 miljoen wisselde van eigenaar in deze cultuur van hebzucht en slavernij.

Eind november, het seizoen drie maanden oud, markeert normaal het midden van het seizoen dat de afgelopen jaren eind februari eindigde.
Tot nu toe zijn er zes tuimelaars, 142 grampers, 23 gestreepte dolfijnen en zo’n 50 grienden gestorven in de baai van Taiji; meer dan 200 dolfijnen van vier verschillende soorten. 55 tuimelaars, vier grampers en een griend werden gevangengenomen voor de entertainmentindustrie. Zo’n 65 tot 70 dieren werden weer naar zee gejaagd of daar gedumpt, waar een onzeker lot hun wachtte. Het zwaartepunt van de ‘traditionele’ drijfjacht in Taiji lijkt steeds meer te komen liggen op het vangen van dieren voor dolfinariums, terwijl de markt voor vlees lijkt te slinken.

December begint met ruim een week zonder slachtingen, maar het bloedbad zal ongetwijfeld een vervolg krijgen.

Erwin Vermeulen is fotograaf, Hoofd Werktuigkundige bij Sea Shepherd en woont samen met zijn vriendin Susan, een dove kat, een éénogige kat, een kat met één nier, een gepensioneerde speurhond en twee dove en blinde honden.

© PiepVandaag.nl