Het stormt nogal in Noord-Holland afgelopen tijd en dat maakt het voor jonge kerkuilen extra moeilijk om te overleven. De dieren jagen namelijk op hun gehoor en door de harde wind kunnen ze hun prooi niet horen.

kerkuilen
De harde wind maakt het jonge kerkuilen erg moeilijk | ©Rollin Verlinde, Vilda natuurfotografen

Vogel- en Dierenopvang De Bonte Piet in het Noord Hollandse Midwoud, heeft dit jaar tot nu toe al negen jonge kerkuiltjes opgevangen. Slechts twee van deze negen zijn nog in leven, vier haalden de opvang niet eens levend. De uiltjes zijn uitgehongerd. Reden? Het stormachtige weer van de afgelopen weken. Deze dieren jagen op hun gehoor en door de harde wind kunnen de vogels niet horen waar hun voedsel zich bevindt. Het feit dat de jonge uiltjes nog geen vetreserves hebben, maakt hen extra gevoelig voor verhongering. Ook hebben de vogels nog geen ervaring met jagen en kost het hen enorm veel energie om in het stormachtige weer te vliegen. Als jonge kerkuilen niet kunnen jagen sterven ze vaak binnen drie tot vier dagen.

Een rodelijstsoort
De kerkuil is een zogenaamde Rodelijstsoort. De soort verdient extra aandacht omdat de stand achteruit loopt. Ongeveer 35 jaar geleden zijn enthousiaste vrijwilligers gestart met het ophangen en controleren van nestkasten. En met succes. Tot 2004 werd het kerkuilenbeschermingswerk gecoördineerd vanuit Vogelbescherming, later werd het ondergebracht bij de Stichting Kerkuilenwerkgroep Nederland. Reinder Dokter, regiocoördinator in Noord-Holland onderschrijft dat kerkuilen met harde wind moeite hebben om te jagen. Maar het gaat in het algemeen wel goed met de stand van de kerkuil in Noord-Holland aldus Reinder:

“In Noord Holland hebben we in 2015 een nieuw record broedparen kunnen noteren, namelijk 154. In 2014 waren dat er 138. Gemiddeld vlogen vorig jaar per nestkast 3 jongen uit en dat is heel goed.”

Harde wind en strenge winter
Kerkuilen zijn muizeneters. De stand van de soort fluctueert met de muizenstand. Gebieden met heggen en verspreide bosjes hebben hun voorkeur. Kerkuilen broeden in de omgeving van ruige veldjes, perceelsranden, en andere ruigtestroken. Dit zijn de favoriete plekken van de veldmuis, de belangrijkste kerkuilprooi. ’s Winters jagen de kerkuilen ook in schuren en stallen. Veel kerkuilen broeden in boerderijen, kerktorens of schuren, een enkele in een holle boom. Ook strenge winters zijn een gevaar: een kerkuil heeft maar een kleine vetvoorraad en kan dus slecht tegen kou. Hij heeft moeite periodes zonder eten te overbruggen en wanneer de strenge winter geen sneeuw brengt, vriezen ook nog eens extra muizen dood.

Bronnen: Kerkuil, De Bonte Piet ©PiepVandaag.nl Lydia Zittema