Reactie op fotoreportage in NRC op 27 mei 2014 van de ganzenvergassing

27 mei jongstleden konden we middels een fotoreportage in NRC en op NRC.nl kennis nemen van de huidige methoden om het vliegverkeer zogenaamd veiliger te maken. Het is jammer dat bij deze foto’s het geluid van opgejaagde, in paniek rakende ganzen die een uitweg zoeken, niet te horen is. Ook zie je niet dat het hier om ganzen gaat die in de slagpenrui zijn én die jongen hebben die ze willen beschermen, wat betekent dat ze niet kunnen, maar ook niet willen wegvliegen. De lezer van de krant had dan waarschijnlijk met een heel andere indruk de beelden bekeken, één van afschuw om het leed en de onherroepelijkheid van hetgeen de dieren te wachten staat.

vergassen
Foto: Stichting Akka’s Ganzenparadijs

Deze reportage toont Nederland op zijn slechtst. Bij wet beschermde wilde dieren die enkel en alleen omdat ze de mens zogezegd tot ‘last’ zijn, doodgemaakt worden. De ganzen in het artikel zijn niet alleen lastig omdat ze het sappige, overbemeste gras en de smakelijke oogstresten van boeren opeten, maar begaan nog een tweede ‘misdaad’, ze bevinden zich in de 20 kilometerzone rondom Schiphol en zijn mogelijk een gevaar voor de vliegveiligheid. Een uiterst effectieve ‘framing’ waarmee alle discussie over het massaal doden van de Schipholganzen lam wordt geslagen, want wie kan er tegen vliegveiligheid zijn?

Ook de krant helpt daaraan mee, door in de tekst bij de foto’s geen vraagtekens te zetten waar die wel horen te staan. Twee overwegingen willen we graag geven:

  1. Ten eerste staat in het artikel dat vorig jaar 6,1 vogelaanvaringen per 10.000 vluchten zijn geweest. Hiermee wordt u als lezer al om de tuin geleid, want waren dit aanvaringen met ganzen? Nee dus, een vogelaanvaring is in dit geval dat men sporen van een vogel op het vliegtuig vindt óf (delen van) dode vogels heeft aangetroffen op de landings- of startbanen, nergens staat dat dit om ganzen gaat. En u maar denken dat er 6,1 keer een bijna ongeluk heeft plaatsgevonden omdat er een gans in de motor vloog. Bekend is dat in juni 2010 en in maart 2012 daadwerkelijk ganzen in een vliegtuigmotor terechtgekomen zijn en beide keren waren dat niet de grauwe ganzen, die nu op grote schaal vergast of geschoten worden, maar toevallig langstrekkende Canadese en kolganzen. Beide keren bleven de vliegtuigen normaal bestuurbaar en konden veilig landen. Datzelfde gebeurt wanneer er technisch iets mis is met een vliegtuig is. Het gaat dus om een gecalculeerd risico;
  2. Ten tweede staat in het artikel dat 8.000 tot 10.000 ganzen gevangen worden en dat er 60.000 ganzen in het gebied zijn. In plaats van 60.000 ‘gevaarlijke’ ganzen hebben we dan nog 50.000 ‘gevaarlijke’ ganzen. Onderzoek bevestigde keer op keer dat de lege plekken waar ganzen gevangen zijn al snel opgevuld worden met ganzen uit andere regio’s. Het voedselaanbod blijft immers in stand en blijft ganzen aantrekken.

Deze twee punten geven aan dat we het hier hebben over schijnrisico’s en schijnoplossingen.

Onderzoeken én de internationale richtlijnen over vliegveiligheid geven aan dat de veiligheid het meest wordt vergroot door het gebied rond het vliegveld onaantrekkelijk te maken als voedselgebied.

Ook in Nederland is de overheid er keer op keer op gewezen dat dit een duurzame én effectieve methode is om ganzen uit de 20 kilometerzone rond Schiphol te weren. Het overgrote deel van dit gebied is zelfs eigendom van de overheid. De Nederlandse overheid weigert echter maatregelen te nemen om dat uit te kunnen voeren, waarbij je dus de vraag kunt stellen waar de Nederlandse overheid de prioriteiten legt, bij de boeren en hun standsorganisaties die zelf willen bepalen wat zij verbouwen rondom Schiphol óf bij het belang van vliegveiligheid voor burgers, luchtvaartpersoneel en omwonenden én -niet te vergeten- de immens grote nationale luchtvaarteconomie.

Het goede nieuws is dat op basis van vrijwilligheid -en beloond middels een vergoeding betaald uit belastinggeld- een aantal boeren direct na de oogst de graanresten onderploegt en dat deze minimale inspanning zorgt voor een afname van 80 procent van het aantal baankruisingen door ganzen. Dat lijkt ons een mooi begin van een werkelijke oplossing.

Blijft de vraag waarom de Nederlandse overheid, LTO-Nederland, de Faunabeheereenheden, de KNJV en een aantal politieke partijen ons willen laten geloven dat het afschieten, vangen, vergassen en het de nek omdraaien van ganzen het enige redmiddel is dat ons kan beschermen? Dat lijkt ons een dringende vraag voor een goede onderzoeksjournalist en onze volksvertegenwoordigers die dit allemaal laten gebeuren ten koste van de ganzen.

Riëlle van Duin, Stop de ganzenmoord

Dick de Vos, raadslid Partij voor de Dieren Leiden

Pauline de Jong, De Faunabescherming

Karen Soeters, Hoofdredacteur PiepVandaag.nl