Het verdwijnen van de reusachtige niet-vliegende moa in Nieuw-Zeeland is een voorbeeld van hoe snel mensen een (vogel)soort kunnen laten uitsterven. Echter, het blijkt dat daarvoor een relatief klein aantal personen nodig is om deze twijfelachtige prestatie te bereiken. Nieuw onderzoek suggereert dat de menselijke bevolking van Nieuw-Zeeland niet meer dan 2500 koppen telde toen de moa rond 1400 definitief werd uitgeroeid.

Moa
Haasts arend jaagt op moa’s | Foto: John Megahan via Wikimedia Commons

Dat is veel minder dan eerdere schattingen en de vraag rijst hoe zo’n kleine populatie mensen een groot, gevestigde dier in minder dan 100 jaar kon uitroeien? De Maori, de oorspronkelijke bewoners van Nieuw-Zeeland, waren in ieder geval dol op de moa, zo blijkt al uit documenten daterend van begin vorige eeuw. Men deed er alles aan om ze te vangen. Het vogelvlees werd gestoomd, en om religieuze redenen alleen bereid door mannen. Behalve om het vlees werd de moa ook gedood voor zijn decoratieve veren. Her en der op de eilanden zijn grote vindplekken van beenderen, waaruit blijkt dat de moa intensief bejaagd werd.

Toch is het opmerkelijk dat een relatief kleine groep mensen de naar schatting 159.000 moa’s in zo’n korte tijd geheel kon laten verdwijnen. Daarbij speelden ook de vernietiging van hun leefgebied en het eten van eieren een belangrijke rol. De vogels konden zich op den duur niet sneller voortplanten dan ze gedood werden. Ook lijkt de komst van de jagende Maori gelijk te vallen met een door de geschiedenis heen terugkerende fluctuatie in de aantallen vogels, zoals al in 2004 werd vastgesteld. Het moment van de intensieve jacht door de Maori viel samen met een natuurlijke afname van de hoeveelheid moa’s.

Met behulp van berekeningen aan de hand van statistieken over succesvolle struisvogelbroedsels en de overlevingskansen van kuikens tot volwassen vogels blijkt dat de Maori slechts 70 jaar nodig hadden om de Moa uit te roeien. Daarvoor hoefde men niet eens iedere dag een vogel te doden; gemiddeld één per jaar zou al voldoende geweest zijn, zo blijkt uit de berekeningen. Bovendien was het aantal mensen wat daarvoor beschikbaar was technisch gezien nog kleiner, omdat de kinderen van de Maori niet meededen met de jacht.

Deze nieuwe inzichten schetsen een beeld hoe menselijk handelen op relatief kleine schaal veel schade kan aanrichten. Want in het kielzog van de moa verdween ook de enige natuurlijke vijand van de vogel, de enorme Haasts arend met een spanwijdte van 2,6 meter, naast nog een aantal andere soorten. Geïsoleerde gebieden met een unieke flora en fauna lopen nog meer risico door menselijk handelen dan tot nu toe werd aangenomen.

Bron: Jstor Daily ©PiepVandaag.nl Bart van Riel