Aanstaande woensdag, 12 november, buigt de hoogste bestuursrechter zich opnieuw over het afschieten van vossen in de provincie Utrecht. Volgens Gedeputeerde Staten is dit afschot noodzakelijk om weidevogels te beschermen. Organisaties Animal Rights, Fauna4Life en Faunabescherming verzetten zich hier al jaren tegen, omdat niet de vos, maar het verdwijnen van geschikte leefgebieden (ook door intensieve landbouw) de grootste bedreiging vormt.

Kritiek op Utrecht: vossen afschieten redt weidevogels niet
Kritiek op Utrecht: vossen afschieten redt weidevogels niet | Foto: publiek domein

In aanloop van dit hoger beroep liet de provincie Utrecht een rapport opstellen dat de noodzaak van het afschieten van vossen alsnog zou aantonen. De organisaties zijn echter allerminst onder de indruk van dit rapport: zij wijzen erop dat het rapport niet op wetenschappelijke wijze tot stand is gekomen, ongeloofwaardig en bovendien niet onafhankelijk is.

Vossen afschieten

De kwestie sleept al jaren voort. In februari 2022 oordeelde de rechtbank Midden-Nederland dat de provincie Utrecht niet had aangetoond dat het doden van vossen noodzakelijk was om weidevogels te beschermen (ECLI:NL:RBMNE:2022:552). De provincie leverde destijds onvoldoende bewijs dat meer dode vossen ook meer succesvolle legsels zouden opleveren. Toch kreeg Utrecht in mei 2023 van de voorzieningenrechter van de Raad van State tijdelijk toestemming om het afschot te hervatten (ECLI:NL:RVS:2023:1868), in afwachting van een definitieve uitspraak.

Op 12 november dient het hoger beroep in deze zaak. De dierenorganisaties hopen dat de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State zal erkennen dat het afschieten van vossen geen oplossing biedt voor een ecologisch probleem dat veel dieper zit.

Eenzijdig rapport

Om het afschot alsnog te rechtvaardigen, gaf de provincie opdracht voor een nieuw rapport: “Effect van vossen(beheer) op vestiging en verspreiding van grutto’s in de provincie Utrecht” (december 2024), opgesteld door de Faunabeheereenheid Utrecht en Youri Egas Advies. Volgens dit rapport – dat overigens niet eens op de website van de Faunabeheereenheid Utrecht is gepubliceerd – zou het stilleggen van de vossenjacht in 2022 hebben geleid tot meer mislukte nesten. Volgens Animal Rights en Fauna4Life klopt dat niet. De daling van het aantal gruttonesten in 2022 zou het gevolg zijn van het stilleggen van de jacht, terwijl er in dat jaar nog wél intensief op vossen werd geschoten. Het jaar daarna, toen er níet werd gejaagd, nam het aantal nesten juist toe.

De organisaties zijn dan ook van oordeel dat de tellingen in het rapport onduidelijk zijn, de methode niet transparant is en de conclusies van het rapport op geen enkele manier onafhankelijk zijn getoetst. De organisaties merken daarbij op dat de auteurs van het rapport, provinciale ambtenaren, jagers en ingehuurde ecologen, geen neutrale partijen zijn om te onderzoeken in hoeverre de vossen nu de teruggang van weidevogels veroorzaken (iets met de groenteboer die zijn eigen groente keurt). Animal Rights en Fauna4Life over de auteurs:

De provincie, jagers en ingehuurde ‘ecologen’ zijn geen onafhankelijke partijen. Iedere serieuze wetenschapper weet dat niet predatoren, maar het verdwijnen van geschikt leefgebied de belangrijkste oorzaak is van de teloorgang van de weidevogels.”

Plezierjacht

Tot slot benadrukken de organisaties dat veel provinciale faunabeheerplannen in de praktijk altijd afschotplannen opnemen die de plezierjacht legitimeren. Hoewel dit natuurlijk zou kunnen worden afgedaan als subjectieve waarneming van de organisaties, is het wel een feit van algemene bekendheid dat veel personen in de faunabeheereenheid jagers zijn. De feitelijke uitvoering van het faunabeheer in Utrecht gebeurt door ca. 1.500 jachtaktehouders. Dat is reden genoeg om kritisch te kijken naar de objectiviteit van dit soort rapportages.

Google
Vossen | Foto (ter illustratie): publiek domein

Weidevogels verdwijnen door verlies leefgebied

Waar de provincie de vos aanwijst als zondebok, ligt de werkelijke oorzaak van de achteruitgang van weidevogels in de verdwijning van geschikt leefgebied. Vogelbescherming Nederland waarschuwt al jaren dat niet predatie, maar het verdwijnen van leefgebied, mede als gevolg van intensieve landbouw de weidevogels de das omdoet. Lage waterstanden, eentonige graslanden zonder kruiden en het vroege maaien van percelen maken het boerenland steeds ongeschikter voor vogels als de grutto, kievit en tureluur.

Volgens Vogelbescherming moeten provincies en het Rijk zich richten op herstel en bescherming van leefgebieden. Goed beheerde weidevogelkerngebieden, hogere waterstanden en een kruidenrijk grasland vormen de basis voor duurzaam herstel. Pas wanneer het leefgebied op orde is, kan predatie een rol spelen in de bescherming. Actieve bestrijding van roofdieren, zoals vossen of kraaien, is daarbij slechts een uiterste maatregel, en in een gezond ecosysteem meestal niet nodig. Als er toch maatregelen nodig zijn, dan zouden die zich in eerste instantie moeten richten op het voorkomen van predatie, bijvoorbeeld door het landschap minder aantrekkelijk te maken voor roofdieren of door gebruik te maken van tijdelijke rasters en schrikdraad.

Echte problemen worden niet aangepakt

Het afschieten van vossen moet dan ook eerder gezien worden als het bestrijden van een symptoom. Terwijl aan de echte oorzaken weinig tot niets wordt gedaan. De advocaat van de dierenorganisaties, mr. Marco van Duijn, noemt het afschieten van vossen een “halfgare schijnoplossing” die niets oplost voor de weidevogels.

“Zelfs als de vos verdwijnt, zullen andere predatoren zijn rol overnemen en blijft het dweilen met de kraan open.”

Ook Jesseka Batteau, Statenlid van de Partij voor de Dieren in de provincie Utrecht, sluit zich daarbij aan:

“De provincie zou haar middelen en capaciteit moeten investeren in het herstel en de verbetering van het leefgebied van weidevogels, in plaats van in dit hoger beroep het zinloze en wrede afschot van vossen te verdedigen. We weten allang dat dit niets oplost en alleen maar onnodig dierenleed veroorzaakt.”

Ook verwondert ze zich over de gang van zaken met betrekking tot het onderzoek:

“Dat de provincie niet kiest voor onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek naar predatiedruk, maar de uitvoerders van de vossenjacht de opdracht geeft om ‘onderzoek’ te doen, is behoorlijk bizar”.

Goed weidebeheer

Ook in andere provincies komen rechters tot vergelijkbare oordelen. In een recente uitspraak (ECLI:NL:RBNNE:2025:4167) stelde de rechtbank Noord-Nederland dat de ontheffing voor het doden van steenmarters om weidevogels te beschermen onterecht was verleend. De provincie had eerst moeten aantonen dat er geen andere bevredigende oplossing bestond om weidevogels te beschermen. Ook daar bleek onvoldoende te zijn gedaan aan goed weidebeheer. De rechter benadrukte dat volop moet worden ingezet op betere waterstanden, bloemrijke weilanden en aangepast maaibeheer; niet op het schieten van predatoren.

Provincie Utrecht aan zet

Weidevogels zijn een onmisbaar onderdeel van het Nederlandse cultuurlandschap. Waar de grutto nog zingt, is het land gezond en vol leven. Hun aanwezigheid is een belangrijke indicatie voor een goed functionerend ecosysteem.

Kabinet-Schoof
De grutto | Foto: publiek domein

Het is tijd dat de provincie Utrecht haar vizier verlegt van de vos naar het landschap zelf. Alleen door herstel van natuurvriendelijk boerenland kan het tij voor de weidevogels worden gekeerd. Zolang beleid zich richt op ‘halfgare schijnoplossingen’, zal echte verandering uitblijven en blijft het voortbestaan van weidevogels in gevaar.

Bronnen:

©AnimalsToday.nl Femke Oosterbaan Martinius

Gerelateerde berichten