Het tragische verlies van een volwassen orang-oetan mannetje vorige week laat ons allen weer zien hoe kritisch het gesteld is met deze dieren. Orang-oetans worden ernstig met uitsterven bedreigd. Palmolie is de voornaamste boosdoener.

orang-oetan
Oliepalmen in plaats van oerbos | Foto: publiek domein

De bossen waar ik heb gewerkt en gewoond door de jaren heen zijn nu omgeven door palmolieplantages. In de afgelopen maand heb ik twee weken door Sumatra en Kalimantan gereisd. Vijf uur lang palmolieplantage passeren om dan eindelijk in een stukje oerbos terecht te komen waar we makkelijk orang-oetans kunnen spotten is een triest hedendaags feit.

De ondraaglijke hitte in de monotone palmolieplantages, de kinderen die er aan het werk zijn omdat hun ouders niet genoeg geld verdienen om hen naar school te sturen, de armoede die er heerst in de dorpjes rondom de palmoliebedrijven; het laat ons duidelijk zien dat de palmoliebedrijven de winst elders in stoppen; zeker niet in de lokale bevolking of scholen. Ja, in een dorpje bij Tanjung Puting National Park heb ik een watertank gezien die was geïnstalleerd door een palmoliebedrijf. En de dorpshoofden aldaar krijgen van het palmoliebedrijf een vast maandelijks salaris om vooral niet te klagen over alle problemen die het bedrijf veroorzaakt; dat de grond en het gebied steeds droger worden, onder andere doordat de palmolieplantages zoveel water verbruiken en omdat de bomen weg zijn die vroeger al het vocht vast hielden in de grond. En dat dit resulteert in grondverschuivingen. Een maandelijks salaris waardoor de dorpshoofden weinig hoeven te doen is een makkelijke manier voor het palmoliebedrijf om in het gebied te opereren zonder problemen.

orang-oetan
Sumatraanse orang-oetan | Foto: publiek domein

In de plantage van palmolie bedrijf PT Susantri Permai werd vorige week een volwassen orang-oetan bruut afgeschoten en zijn hoofd afgehakt. Zijn hoofd werd in de kookpot gedaan door medewerkers van de plantage. Werknemers op palmolieplantages krijgen immers zeer slecht betaald en jagen op de troosteloze dieren die hongerig en op zoek naar voedsel en door de palmolieplantages zwerven; dit was immers ooit bosgebied waar een orang-oetan makkelijk 500 verschillende boom- en plantensoorten ter beschikking had om van te eten.

De werknemers zijn inmiddels opgepakt en worden vastgehouden. Er wordt vijf jaar celstraf tegen hen geëist. Maar de palmolieplantage die verantwoordelijk is? Die gaan vrijuit? Het verantwoordelijke palmoliebedrijf heet Genting – PT Susantri Permai en levert palmolie aan het bedrijf WILMAR. Beiden bedrijven zijn leden van de RSPO. Wilmar levert aan Unilever. Unilever producten liggen onder andere in de Nederlandse schappen te koop.  Om die reden moeten we palmolie vermijden.

Wat kunnen wij doen?
Koop alleen producten waar geen palmolie in zit en schrijf bedrijven aan die nog wel palmolie gebruiken. GO PALM OIL FREE is een label wat door verantwoordelijke bedrijven gebruikt kan worden die GEEN palmolie of derivaten gebruiken.

orang-oetan
Dit product bevat geen palmolie

Femke den Haas is doktersassistente en medeoprichtster van stichting Jakarta Animal Aid Network (JAAN). JAAN heeft verschillende doorlopende projecten zoals het roofvogel-rehabilitatiecentrum, de opvang van ex-dansaapjes, verzorging van werkpaarden, een campagne voor de vrijheid van dolfijnen in samenwerking met Ric ‘O Barry en een plastic-recycle project.

©Animals Today