Het is februari en dat betekent dat de jaarlijkse mollentelling er weer aankomt! Daarbij kunnen waarnemingen van mollen en hun sporen, zoals molshopen, worden doorgegeven. Deze informatie wordt gebruikt om een inschatting te maken van de verspreiding van de soort. Op 19 en 20 februari is het tellen geblazen!

Tellen maar: 1 mol, 2 mollen, 3 mollen…
Molshopen tellen ook | Foto: publiek domein

De meeste mensen hebben nog nooit een levende mol (Talpa europaea) gezien. Mollen leven namelijk het grootste gedeelte van hun leven, zo’n drie a vier jaar, onder de grond. Dat is ook de reden waarom mollen vrijwel blind zijn en geen uitwendige oren hebben. Met een lengte van zo’n 15cm en gewicht tussen de 70 en 130 gram zijn ze een stuk kleiner dan je zou verwachten. Mollen leggen tunnelsystemen aan om in te leven. Door de diepte van de tunnels zijn zij bestand tegen droogte en kou. Daarnaast hebben zij spadevormige klauwen voor het graven en een fluweelachtige vacht – die alle modder direct afstoot. Wanneer een mol een worm tegenkomt wordt deze in het hoofd gebeten om de worm te verlammen en zo ‘vers te houden’ voor later.

Tellen maar: 1 mol, 2 mollen, 3 mollen…
Een mol komt zelden bovengronds | Foto: publiek domein

De molshopen worden zichtbaar tussen februari en april, wanneer de mannetjes tijdens paringstijd hun burcht verlaten. ‘Dan gaan ze zogenaamde mollenritten houden, dat betekent dat de mollen actief op zoek gaan naar een vrouwtje’, aldus Joris, betrokken bij de mollentelling van 2020 in Nijmegen. De nesten van de mol zijn bedekt met droog plantenmateriaal. Daar worden de jongen een paar maanden verzorgd, totdat zij oud genoeg zijn om hun eigen plek te zoeken. Dat doen zij bovengronds, wat hen kwetsbaar maakt. ‘De mol is natuurlijk een heel erg nuttig dier, maar veel mensen bestrijden de mol nog.’ Mollen eten namelijk schadelijke insecten. Daarnaast woelen zij de bodem om, wat de grond geschikt maakt voor plantengroei.

Bovengronds is een mol heel kwetsbaar | Foto: publiek domein

Omdat het niet bekend is hoeveel molshopen per mol gemaakt worden, is het lastig wat over aantallen te zeggen. ‘Iedere mol heeft zijn eigen territorium. En zo’n mol kan wel tientallen molshopen maken.’ Toch wordt aan deelnemers gevraagd hun waarnemingen door te geven, om het leefgebied van de mol in kaart te brengen. De verzamelde gegevens worden vervolgens toegevoegd aan de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF). Dit jaar zal de mollentelling plaatsvinden op 19 en 20 februari.

Blij met een mol | Foto: publiek domein

De kenmerkende molshopen leiden vaak tot hun dood, omdat zij golfbanen en stadstuinen ‘vernielen’. Gelukkig is de mol behoorlijk veerkrachtig en zijn er ook mensen blij met een mol in hun tuin:
.

.
Bronnen:

©AnimalsToday.nl Juliëtte Ronteltap