‘s Werelds grootste populatie zeeolifanten is zwaar getroffen door de vogelgrie. De British Antarctic Survey schat dat er meer dan 50.000 zuidelijke zeeolifanten na besmetting zijn gestorven en noemt het aantal “verbijsterend”. Zeeolifanten worden onderverdeeld in twee soorten: de grotere in het zuiden en de kleinere op het noordelijk halfrond. Tot nu toe is alleen de zuidelijke populatie hard getroffen door het dodelijke virus.

De zuidelijke zeeolifantenpopulatie (Mirounga) bevindt zich op het afgelegen eiland South Georgia, een gebied onder Britse controle op ongeveer 1500 kilometer van het Antarctische continent. Volgens de British Antarctic Survey is de helft van het totaal aantal geslachtsrijpe vrouwtjes in een jaar tijd verdwenen.
Meer dan 50.000 zeeolifanten
Het team van Marien ecoloog Connor Bamford leidde een onderzoek naar de populatie zuidelijke zeeolifanten en gebruikte daarbij drones om de vrouwtjes in de drie belangrijkste broedplaatsen op South Georgia Island te tellen. Vóór de uitbraak van de vogelgriep waren er ongeveer 10.000 geslachtsrijpe vrouwelijke exemplaren. Maar nadat het virus het gebied bereikte, is 47 procent verdwenen. Als deze resultaten worden geëxtrapoleerd naar de gehele eilandpopulatie, zijn dat 53.000 geslachtsrijpe vrouwtjes minder. Bamford:
“De omvang van deze afname is verbijsterend.”
Fears for elephant seals as bird flu kills half of population in South Atlantic
— The Guardian (@theguardian.com) 13 november 2025 om 20:22
Uitbraak vogelgriep
Om de route van besmetting en de mutaties van het virus te bepalen, analyseren collega´s van Bamford het genetische materiaal van het virus afkomstig van verschillende dieren. Naar grote waarschijnlijkheid ontstond het virus in 1996 op een ganzenboerderij in Sanshui, Zuid-China. In 2020 verscheen een nieuwe variant van het virus, genaamd 2.3.4.4b, die zich van noord naar zuid over Noord- en Zuid-Amerika verspreidde.
Volgens gegevens van de Wereldorganisatie voor Diergezondheid doodde of dwong deze zeer pathogene vogelgriep in 2022 de ruiming af van bijna 150 miljoen vogels in 84 landen. Op 16 september 2023 vond een groep Britse wetenschappers op Bird Island, nabij South Georgia, een reuzenstormvogel die zich niet kon verplaatsen. Het virus had toen net Antarctica bereikt. Vervolgens sprong het virus in grote snelheid over op zoogdieren.
Bamford:
“Er heeft overdracht van zoogdier op zoogdier plaatsgevonden via besmette druppeltjes in de lucht. Dat is waarschijnlijk de reden waarom de zeeolifanten, die jaarlijks dichte kolonies vormen in South Georgia, zo zwaar getroffen zijn.”
Metingen
In 2024 en 2025 leidde Spaanse viroloog Antonio Alcamí van de Spaanse Nationale Onderzoeksraad (CSIC) twee expedities om de impact van de vogelgriep op Antarctica te meten. Aan de kust van het Antarctisch Schiereiland, het deel van dat continent dat het dichtst bij Zuid-Amerika ligt, bleek het virus al aanwezig te zijn bij ongeveer één op de vier geanalyseerde dieren. Daar pinguïns resistenter bleken dan gevreesd, waren andere zeevogels in grote mate slachtoffer van de ziekteverwekker. Twee journalisten van EL PAÍS documenteerden destijds voor het eerst de verwoesting die de vogelgriep in Antarctica aanrichtte. Alcamí:
“Dat we geen kadavers van zeezoogdieren zien, betekent niet dat ze niet sterven. Ze sterven mogelijk op zee, waar we ze niet kunnen zien. Het is een enorme impact, vooral gezien het feit dat 50 procent van hun broedpopulatie zich in Zuid-Georgia bevindt.”

Uitbraak Argentinië
Dierenarts Ralph Vanstreels van de Universiteit van Californië in Davis was in oktober 2023 getuige van een groot aantal stervende en gestorven zeeolifanten op een strand in Península Valdés, een beschermd gebied in Argentijns Patagonië. Hij en zijn collega’s schatten dat het virus in slechts enkele weken tijd zo’n 17.000 exemplaren had gedood, waaronder meer dan 95 procent van de pups. Vanstreels:
“De nieuwe studie in South Georgia is zeer alarmerend omdat het wijst op een patroon dat sterk lijkt op wat hier in Argentinië is gebeurd. Het suggereert dat alle zeeolifantenpopulaties waar het virus al uitbraken heeft veroorzaakt, in dezelfde mate getroffen kunnen zijn. Het is buitengewoon ernstig. Dit is een soort die niet bedreigd was, en plotseling is de populatie gehalveerd. Dit heeft zeer ernstige gevolgen voor het behoud van de soort.”
Andere mogelijke oorzaken
Bamford legt uit dat andere factoren, zoals lokale klimaatafwijkingen, mogelijk hebben bijgedragen aan het verdwijnen van de vrouwtjes, maar benadrukt dat de natuurlijke jaar-tot-jaar variaties maximaal 10 procent kunnen bedragen, nooit 50 procent.
Bron:
- El País
- Lees ook op Animals Today:
©AnimalsToday.nl Jennie Cools




