De provincie Overijssel heeft een vergunning aan haar faunabeheereenheid verleent om tussen 1 december 2025 en 15 juli 2029 vossen af te schieten om schade aan weidevogels en korhoenders te voorkomen. Hiermee opent de provincie de jacht op vossen. Dierenrechtenorganisaties hebben bezwaar ingediend tegen dit besluit. Omdat de provincie Overijssel het bezwaar afwees, wenden de organisaties zich nu tot de rechtbank Overijssel.

Overijssel opent jacht op vossen, organisaties naar de rechter
Overijssel opent jacht op vossen, organisaties naar de rechter | Foto: publiek domein

Het is op het eerste gezicht misschien een lastig verhaal. Het beschermen van weidevogels is een goede zaak, toch? Willen Animal Rights en Fauna4Life dan dat er niets wordt gedaan om de kwetsbare status van weidevogels te verbeteren? Dat is niet het geval. De organisaties stellen dat het afschieten van vossen een kortzichtige oplossing is, en dat het uiteindelijk maar weinig zal doen om de situatie van weidevogels te verbeteren.

Jacht op vossen geen oplossing

De organisaties wijzen op rapporten van Sovon, Vogelbescherming en het Actieplan Grutto, waaruit blijkt dat niet de vos, maar het verdwijnen van leefgebieden de échte bedreiging vormt voor weidevogels. Bovendien zal in veel gevallen de predatierol van de vos overgenomen worden door andere predatoren (marters of hermelijnen), wanneer de vos door afschot verdwijnt. Kortom: door het afschieten van vossen sterven er alleen maar meer onschuldige dieren door toedoen van de mens, terwijl de provincie niet de middelen en capaciteit inzet om de leefgebieden voor de weidevogels te verbeteren. Volgens de organisaties zou de provincie moeten investeren in herstel van weidevogelleefgebieden: een hoger waterpeil, meer kruidenrijk grasland en beter overleg met boeren tijdens het broedseizoen.

Wat beargumenteren de organisaties?

Animal Rights en Fauna4Life benadrukken dat het doden van predatoren pas zinvol kan zijn als de leefgebieden op orde zijn; iets wat momenteel niet het geval is.

Daarnaast stellen de organisaties dat de provincie verplicht is eerst alle andere ‘bevredigende oplossingen’ te verkennen en uit te voeren, voordat tot afschot kan worden overgegaan. Zo moet eerst worden ingezet op het verbeteren van de leefgebieden. Als er dan toch pogingen moeten worden ondernomen om predatoren op afstand te houden, dan is het ook niet direct nodig om op afschot over te gaan. Gedacht kan worden aan het plaatsen van hekken of het aanleggen van brede greppels die predatoren op afstand houden.

Andere provincies in hetzelfde schuitje

Vorige week berichtte AnimalsToday over de rechtszaak tussen dezelfde organisaties en de provincie Utrecht. Ook daar is een ontheffing afgegeven om vossen af te schieten ter bescherming van weidevogels. Net als in Overijssel stellen organisaties Animal Rights en Fauna4Life dat dit slechts symptoombestrijding is. De hogerberoepszitting vond plaats op 12 november; de Raad van State verwacht de uitspraak in 2026. Dan zal blijken of er werkelijk een noodzaak bestaat voor afschot.

Kritiek op Utrecht: vossen afschieten redt weidevogels niet

De provincies Overijssel en Utrecht zijn niet de enige provincies die kritiek ontvangen op hun ‘beheeraanpak’. Ook Noord-Holland, Zuid-Holland en Friesland kregen de afgelopen periode kritiek op hun standaardmethode van afschot. Deze ontwikkeling laat zien dat provincies steeds vaker worden uitgedaagd om beter te onderbouwen waarom dodelijke maatregelen nodig zouden zijn. Tegelijkertijd dwingt het hen om serieuzer na te denken over niet-lethale alternatieven. Als het zonder dodelijke slachtoffers kan, moet dat natuurlijk de voorkeur hebben. Het veranderen van de standaardaanpak in alle provincies zal tijd en inspanning vergen, maar is wel het meest wenselijk voor de vrij levende dieren in Nederland.

Bronnen:

  • Animal Rights (1, 2)

©AnimalsToday.nl Femke Oosterbaan Martinius

Gerelateerde berichten