De Happy Planet Index (HPI) is een formule die geluk en persoonlijk welzijn omvat waarbij factoren als goed zijn voor milieu en natuur ook een grote rol spelen. Welke landen zijn hierin het meest succesvol?

Happy Planet Index
Happy Planet Index

Wat is economisch succes? Al jaren is het antwoord “groei”. Zoveel als maar mogelijk is. En de maatstaf is het bruto binnenlands product (BBP), of de som van de transacties van een land. Landen zijn succesvol wanneer hun economische activiteit toeneemt  – zelfs als die activiteit niet strikt wenselijk is. BBP maakt geen onderscheid tussen de verkoop van semiautomatische pistolen of kappersbeurten – waardoor het slecht een ruwe gids is.

Critici van het BBP zeggen ook dat het niet goed voor milieuprestaties, of de duurzaamheid van de vooruitgang. Landen kunnen rijk lijken, terwijl ze tegelijkertijd hun middelen uitputten en zichzelf vervuilen. Bovendien kunnen landen snel groeien zonder dat ze hun burgers gelukkig maken, wat toch zeker het punt is van alle streven.

Laura Stoll is onderzoeker bij de New Economics Foundation (NEF), een Britse denktank. Zij vertelt (GDP is Engels voor BBP):

“GDP is a good measure of transactions. But increasingly GDP and life satisfaction are growing apart in many places. Rising GDP doesn’t, in a lot of cases, translate to rises in well-being.”

Stoll vervolgt dat we nieuwe manieren nodig hebben om te beoordelen wat succes is, met meer nadruk op duurzaamheid en de levenservaring van mensen. BBP vertelt ons niet hoe mensen zich echt voelen over hun leven, stelt ze, of hoeveel vertrouwen ze hebben in de toekomst.

NEF’s alternatief is de Happy Planet Index, waarvan onlangs de zesde editie is verschenen. De HPI houdt rekening met drie sets van gegevens:

  • tevredenheid met het leven, zoals gemeten door de Gallup World Poll, die mensen vraagt om hun leven te beoordelen van 0 tot 10;
  • de levensverwachting, van het VN Human Development verslag;
  • en ecologische voetafdruk (de hoeveelheid land per hoofd van de bevolking die nodig is om in een land de consumptie op peil te houden).

Om de naties te rangschikken, vermenigvuldigt NEF de welzijn nummers met de levensverwachting cijfers, en deelt dat dan door de ecologische voetafdruk. Stoll licht toe:

“It tells you how efficient countries are at converting limited environmental resources into long and happy lives for their citizens.”

De reden waarom de ecologische voetafdruk hierin wordt verwerkt is volgens het NEF dat het goed is om na te denken over het welzijn van nu, maar dat we ook na moeten denken over het welzijn in de toekomst. Er moet gezorgd worden dat welzijn duurzaam is, wordt en blijft met de beperkte ecologische hulpbronnen die we hebben, en dat is wat deze index meet.

Wanneer de nieuwe criteria zijn opgenomen, ziet de top-10 lijst van de economische kampioenen er heel anders uit dan normaal. Costa Rica (die 99% van zijn energie produceert uit hernieuwbare energiebronnen), Vietnam en Colombia, staan aan de top. Het Caribisch gebied en de Latijns-Amerikaanse landen hebben ook een sterke positie. Het eerste Europese land (Groot Brittannië) verschijnt pas op de 41e plaats. En de Verenigde Staten halen slechts de 105e plek van de 151 landen, voornamelijk vanwege hun hoge mate van gebruik van hulpbronnen.

Hoewel Stoll toegeeft dat het moeilijk zal zijn om over te schakelen van het BBP als de standaard maat voor economisch succes, ziet ze wel vooruitgang bij de totstandbrenging van alternatieven. De regering van Groot Brittannië is begonnen om gegevens te verzamelen over welzijn. Tot nu toe hebben zo’n 200.000 mensen onderzoeksgegevens aangedragen. De regering van Bhutan organiseerde onlangs een VN-bijeenkomst over welzijn. En prominente economen zoals Jeffrey Sachs hebben hun stem toegevoegd aan diegenen die roepen om een nieuwe manier van denken.

Stoll heeft goede hoop:

“It’s a slow process, but we think people are starting to recognize the importance of making these measures more official.”

Bron ©PiepVandaag.nl Isabelle Oostendorp