De drijfjacht op grienden en andere dolfijnsoorten in de Faeröer eilanden – de grind – kent een seizoen noch een quotum. Dit kan er toe leiden dat het geslachte aantal dieren hoog oploopt. In principe wordt iedere groep dolfijnen die dicht genoeg bij de archipel komt onder redelijke weersomstandigheden en met genoeg tijd tot zonsondergang vernietigd.

Faeroër-eilanden
Bloedige Maanden in de Faeroër-eilanden | Foto: Sea Shepherd

Hoeveel grienden en dolfijnen er in de nabijheid van de eilanden opduiken is voornamelijk afhankelijk van klimatologische en biologische omstandigheden die het voedselaanbod bepalen. Warmer water brengt inktvisachtige, het favoriete voedsel van de grienden, naar ondiepere kustwateren om zich voort te planten.

Traditioneel vinden om die reden en vanwege de vele noordelijke daglichturen, betere weersomstandigheden en de hoeveelheid mensen die tijd buitenshuis op de kliffen of op het water doorbrengen, in de zomermaanden de meeste grinds plaats.

Aantalen grienden
Dit jaar begon de reeks vroeg: op 21 mei werd een familie grienden gevonden bij het meest westelijke eiland Mykineshólmur, naar Sørvágsfjørður, een 3.5 kilometer lange baai aan de zuidwestelijke zijde van het eiland Vágar, gedreven en vermoord op het strand van het dorp Bøur.

Op 16 juni werden 172 walvisachtige omgebracht. Een groep van 164 grienden gevonden ten oosten van Nólsoy werd naar Sandagerði, het slachtstrand van de hoofdstad Tórshavn, gedreven. Naderhand doodden de bewoners van de Faeröer nog eens 8 witflankdolfijnen in de baai van Skálafjørður.

Tien dagen later, 26 juni, om 5 uur ‘s ochtends, werd een gemengde groep van grienden en witflankdolfijnen gespot voor het dorp Hosvik. Hosvik ligt aan de oostkust van Streymoy, waar de brede baai Sundini dit hoofdeiland scheidt van het naburige eiland Eysturoy. Verder noordelijk werkt Sundini als een steeds nauwer wordende fuik tot het punt waar een brug de twee eilanden verbindt. Vlak voor de brug ligt het dorp Hvalvik waar rond 7 uur, de 157 grienden en 53 witflankdolfijnen werden gedood.

Slechts drie dagen later, op 29 juni, vond een vergelijkbaar tafereel plaats enkele kilometers noordelijker, voorbij de brug, waar Sundini uitstroomt in de Noord Atlantische Oceaan. Grienden werden ontdekt ten noorden van Eidi op Eysturoy. Tegenover dat dorp ligt Tjørnuvík op Streymoy met een natuurlijke halfronde baai. 43 grienden kwamen hier aan hun einde.

Faeröer Eilanden
Slachtstrand en baai van Tjørnuvík | Foto: Erwin Vermeulen

In juli ging het bloedbad gewoon verder. Op 5 en op 8 juli was het de beurt aan Hvannasund in het noordoosten van de eilandgroep. Er werden respectievelijk 70 en 71 grienden vermoord. De grootste slachting voor Havannasund kwam echter op 17 juli toen maar liefst 191 grienden werden afgemaakt.

Vlees
Theoretisch bestaat er de provisie dat als de omwonende van een slachtbaai voldoende vlees en blubber in de vriezers hebben deze voorlopig wordt gesloten voor nieuwe grinds, maar met nu meer dan 50,000 inwoners op de eilanden is er echter altijd wel een naburig dorp of regio dat nog wat gratis vlees kan gebruiken. In dit geval gingen de grienden naar de gemeente Klaksvík en de kleinere noordelijke eilanden Vi∂oy en Kunoy. Dus op 5 Augustus werden weer 39 grienden in dit dorp gedood en in een vijfde grind op 29 augustus nog eens 46.

Daarvoor, op 9 juli, hield Tórshavn haar tweede grind van het jaar: 27 gedode grienden. Twee grienden die ontsnapten werden een dag later, 10 juli, alsnog afgemaakt in Skálabotnur, aan de voet van de baai ten noorden van de hoofdstad. Op 18 augustus werden opnieuw 61 grienden gedood op het strand van de hoofdstad.

Ook vond op 16 juli de eerste grind plaats op het zuidelijkste eiland Su∂uroy. In het dorp Vágur werden 30 grienden en 12 witflankdolfijnen vermoord.

Op 15 juli was het raak in Syðrugøta, een dorp aan de brede Gøta baai in het zuidoosten van Eysturoy. 16 witflankdolfijnen werden gedood.

Faeröer Eilanden
Syðrugøta | Foto: Erwin Vermeulen

Twee inhammen noordelijker ligt het dorp Funningsfjørður aan de baai met dezelfde naam. Hier werden op 5 Augustus 133 witflankdolfijnen naar binnen gedreven en vermoord.

Op 15 augustus was de oostkant van Su∂uroy aan de beurt. In de haven van Fámjin, die alleen bij hoog tij toegankelijk is, werden 50 grienden gedood.

En het hield niet op. Op 20 augustus was het de beurt aan de nieuw-geautoriseerde baai Borðoyarvík. Dit is eigenlijk Klaksvík-Zuid. De traditioneel gebruikte noordelijke baai van deze tweede ‘stad’ van de Faeröer is nauwelijks nog geschikt voor drijfjachten in verband met de visserij infrastructuur in de vorm van aanlegkades en verwerkingsfabrieken, en is regelmatig in opspraak gekomen vanwege uit de hand gelopen bloedbaden, die zelfs voor Faeröese begrippen ontoelaatbaar wreed waren. Tijdens Borðoyarvík’s ‘première’ werden 27 grienden gedood.

Nieuwe baai
Een andere baai die nieuw is dit jaar, Skálabotnur, beleefde een dag later op 21 augustus al haar derde slachting. De dolfijnen werden voor het eerst waargenomen bij Rituvik, in het zuiden van Eysturoy en het Skálafjørð ingedreven met de slachtbaai aan de bodem; 48 witflankdolfijnen kwamen om.

Op 22 augustus kwamen dan ook de bloeddorstigen onder de inwoners van het op een na zuidelijkste grote eiland Sandoy aan hun trekken. In Húsavík werden 19 grienden vermoord.

Faeröer Eilanden
Slachtstrand van Husavik achter een muurschildering van grienden | Foto: Erwin Vermeulen

Terwijl in Taiji op 1 september de dolfijnen nog even werden ontzien op de eerste dag van het drijfjachtseizoen aldaar, ging het bloedbad in de Faeröer gewoon verder. In Bøur, ook de locatie van de eerste grind van 2017 in mei, werden 29 grienden afgemaakt.

Dit brengt het totaal op 1108 grienden en 269 witflankdolfijnen vermoord in 21 grinds tot nu toe in 2017:

21 mei, Bøur – 83 grienden
16 juni, Tórshavn – 164 grienden
16 juni, Skálabotnur – 8 witflankdolfijnen
26 juni, Hvalvík – 157 grienden
26 juni, Hvalvík – 51 witflankdolfijnen
29 juni, Tjørnuvík – 43 grienden
5 juli, Hvannasund – 70 grienden
8 juli, Hvannasund – 71 grienden
9 juli, Tórshavn – 26 grienden
10 juli, Skálabotnur – 2 grienden
16 juli, Vágur – 30 grienden & 12 witflankdolfijnen
17 juli, Hvannasund – 191 grienden
25 juli, Syðrugøta – 16 witflankdolfijnen
5 augustus, Funningsfjørður – 133 witflankdolfijnen
5 augustus, Hvannasund – 39 grienden & 1 witflankdolfijn
15 augustus, Fámjin – 50 grienden
18 augustus, Tórshavn – 61 grienden
20 augustus, Borðoyarvík – 27 grienden
21 augustus, Skálabotnur – 48 witflankdolfijnen
22 augustus, Húsavík – 19 grienden
29 augustus, Hvannasund – 46 grienden
1 september, Bøur – 29 grienden

Een zo hoog aantal gedode grienden is dit millennium nog niet voorgekomen.

Op 8 mei 2017 heeft Sea Shepherd Nederland officieel een verzoek bij de Europese Commissie ingediend om procedures tegen Denemarken op te starten vanwege het faciliteren van de slachting van grienden en andere dolfijnsoorten op de Faeröer, met de formele steun van 27 leden van het Europese Parlement. 

Erwin Vermeulen is fotograaf, hoofd werktuigkundige bij Sea Shepherd en vrijwilliger bij opvangcentrum Wildlife Waystation. Hij woont samen met zijn vriendin Susan, een dove kat, een éénogige kat, een kat met één nier en twee dove en blinde honden. Hij schrijft regelmatig over de griendenslachting op de Faeröer Eilanden en de dolfijnenslachting bij Taiji.